Uien er in of niet: blijf scherp!

“Het leek er even op dat we met de uien het voorjaar van 2023 achterna zouden gaan qua zaaitijdstip maar de situatie is nu gelukkig wel iets gunstiger”,

begint Kees Jacobs zijn relaas. De uienexpert van Syngenta Seeds kreeg afgelopen weekend van proefveldhouders door het hele land appjes op zijn telefoon dat ze gezaaid hadden. “Er zijn rond afgelopen weekend in een paar dagen duizenden hectares uien de grond ingegaan maar het is niet gelijk verdeeld over het land. Op de lichtere gronden kon men vaak goed terecht maar vooral in het Westelijke kleigebied was de grond nog niet overal bekwaam. Maar de kop is er overal van af.”

Telstroken
Voor de telers die de uien er in hebben, is het volgens Jacobs zaak om nu goed te volgen wat er op hun perceel gebeurt. “Ik adviseer altijd om een paar telstroken uit te zetten verspreid over het perceel. Ga vanaf dag 10 na het zaaien regelmatig kijken hoeveel planten per strekkende meter je aantreft. Je krijgt zo allereerst een goede indruk van de opkomst. Je kunt voor alle zaaisystemen aanhouden dat je ongeveer 25 planten per strekkende meter rij nodig hebt, het liefst een beetje mooi verdeeld.” Ook eventuele plantuitval door bespuitingen of insectenschade krijg je zo in beeld, stelt de adviseur. “En je volgt dan ook mooi het gewasstadium en dat is belangrijk voor de timing en invulling van je onkruidbespuitingen.”

Regelmatige inspectie is op de kleigronden ook belangrijk om te volgen of er korstvorming optreedt. “Op sommige plaatsen zijn na het zaaien heftige klapbuien naar beneden gekomen”, weet Jacobs. “En het moment van korstenbreken komt heel nauwkeurig. Je kunt de wiedeg of korstenbreker beter voor niets klaar zetten dan te laat zijn.” En misschien is het overbodig maar Jacobs wil toch ook nog even wijzen op de insectensituatie. “Voor percelen waar geen SIT wordt toegepast is het opletten geblazen met de uienvlieg. En we hebben in uien ook steeds vaker schade door de bonenvlieg. Die is sowieso al wat vroeger dan de uienvlieg en bij de huidige lage temperaturen is hij ook actiever dan de uienvlieg, hou daar rekening mee. De bonenvlieg heeft sowieso meer vluchten dan de uienvlieg.” Wanneer bij het zaaien geen granulaat is toegepast en er schade door de larven optreedt (van de uien- of de bonenvlieg), kan een bespuiting met een insecticide worden overwogen.

Tips voor late zaai
Telers die nog moeten zaaien hoeven de zaaikouters volgens Jacobs nu nog niet dieper te zetten.

“Dat doe je andere jaren wel als je verwacht dat het droger wordt maar speelt nu niet. Wel adviseer ik om iets dikker te zaaien als je pas eind april het land op kunt; tenminste als je daar het zaad voor hebt. Met dikker zaaien vervroeg je de teelt. Want het is al laat genoeg.”

En daarmee komt Jacobs op een belangrijke les van vorig jaar.

“Op veel percelen werden de uien toen pas in de tweede of derde week van mei gezaaid. We weten allemaal wat daarvan terecht is gekomen. Zo laat zaaien heeft alleen kans van slagen als daarna alles meezit. Dus geen stress door droogte of bespuitingen en andere remmingen. Hou je als het even kan aan de deadline van 1 mei en liever niet later dan Bevrijdingsdag.”