Willemien Koning-Hoeve, kandidaat Europese verkiezingen voor CDA:
'Bedelf boeren niet meer onder Europese regels'
Trots poseert Koning-Hoeve voor de foto bij dit artikel bij een houten koe die ze van Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik kreeg bij diens afscheid. Deze politica was tien jaar lang actief voor het CDA in Brussel, om daar de belangen van de boeren en het platteland te behartigen. Koning-Hoeve zegt dit werk graag voort te zetten.
Schreijer-Pierik genoot veel bekendheid in ons land. Zijn dat grote schoenen om te vullen?
„Ja, absoluut. Zij heeft een fantastische uitstraling en grote achterban. Ik heb veel met haar gesproken. Net als bij Annie, is het ook mijn drive om te zorgen dat de agrarische sector in Nederland toekomstperspectief en ontwikkelruimte houdt. Zo’n boerengeluid is hard nodig, want de meeste wet- en regelgeving komt vanuit Europa en sluit niet goed aan op de huidige landbouwpraktijk. We kunnen de Gecombineerde Opgave niet eens zelf meer invullen zonder een adviseur. Dat is toch van de zotte? De sector staat zwaar onder druk onder andere door stikstof, de aanwijzing van de NV gebieden en het wegvallen van de derogatie. Dat is volgens mij onterecht en gaat mij zeer aan het hart.’’
„Dat bepaalde regels vanuit Brussel knellen, zie ik niet alleen op ons eigen melkveebedrijf, maar ook als Statenlid in Noord-Holland. Kijk bijvoorbeeld naar het stikstof- en natuurbeleid. Dat vloeit allemaal voort vanuit Europa. Met mijn kennis over de boerenpraktijk wil ik daarom graag het Europees Parlement in om zaken te veranderen. Boeren moeten de ruimte krijgen voor doelsturing om realistische doelen op het gebied van onder andere water en natuur te behalen en niet bedolven worden onder regels."
U sprak regelmatig met Schreijer-Pierik. Zijn er bepaalde onderwerpen op landbouwgebied van haar waar u mee door wilt gaan?
„Ik heb het met haar gehad over hoe ze de laatste jaren heeft ervaren. Annie merkte dat er door Europa vooral werd gestuurd op ecologie, zoals met de Green Deal en Natuurherstelwet. Die koers wil ik graag veranderen. Natuurlijk is goede natuur belangrijk, maar economie en sociaal welzijn zijn ook belangrijke pijlers. Die laatste twee zijn de laatste jaren heel erg ondergesneeuwd. Daarom pleit ik voor een bredere focus. Samen met Jan Huitema en Bert-Jan Ruissen heeft Annie zich ingezet voor de toelating van Renure. Daar moet nu snel goed beleid voor komen. Meer ruimte voor innovatie is ook een speerpunt. Daarnaast pleit het CDA voor een Europese voedselvisie. Daarin moet staan welk voedsel je waar het beste waar kunt produceren en wat de milieu-impact is. De melkproductie moet je bijvoorbeeld aan Nederland overlaten en niet aan Spanje omdat de klimaatomstandigheden en gronden hier beter zijn. Omgekeerd geld dat voor sinasappels."
Europa moet zoveel mogelijk zelfvoorzienend worden
Wat is het belang van zo'n voedselvisie volgens u?
Zo’n visie is belangrijk om te zorgen voor gezond, betaalbaar en duurzaam voedsel voor de inwoners van de Europese Unie. Het is ook geopolitiek steeds belangrijker, omdat we anders afhankelijk worden van landen met onbetrouwbare regimes, zoals Rusland. De Russen draaiden gelijk de gaskraan richting Europa dicht nadat er sancties volgden voor de inval in Oekraïne. Dat moeten we niet willen. Europa moet daarom echt de komende jaren zover als mogelijk zelfvoorzienend worden. Nederland kan een koppositie pakken bij deze voedselstrategie vanwege ons hoge kennisniveau. Daarbij moet ook gelden dat wat in de Europese Unie niet geproduceerd mag worden, hier ook niet verkocht mag worden."
Ze haalt vervolgens een werkbezoek aan. „Laatst sprak ik met een van de grootste slatelers van Nederland, Pater-Broersen in Waarland. Die gaven aan dat ze over twee jaar enkele gewasbeschermingsmiddelen niet meer mogen gebruiken waaronder Movento. Dat zal volgens hen leiden tot misoogsten en minder opbrengsten per hectare. Uiteindelijk kan dat ertoe leiden dat er daardoor tijdelijk geen sla meer verkrijgbaar is. We moeten dus zorgen dat we genoeg voedsel hebben voor de groeiende Europese bevolking. Volgens hen is de voedselcrisis al gaande. Dit voorbeeld laat voor mij zien dat we in Europa bepaalde veilige en groene gewasbeschermingsmiddelen sneller moeten toelaten. Procedures moeten dus versimpeld en versneld worden."
Een boer die leest over een Europese voedselvisie zal denken: 'ach, de zoveelste visie'. Wat heeft hij hier concreet aan?
„In zo'n strategie moet het belang van voedselproductie duidelijk naar voren komen. Tegelijkertijd moet het ook respect uitstralen naar boeren die voedsel produceren tegen een lage milieu-impact. Daarnaast kan de visie gebruikt worden om burgers bewust te maken van dat we bepaalde producten op een gegeven moment niet meer hebben of dat de burger deze alleen nog voor een hoge prijs kan krijgen, door bijvoorbeeld veranderende klimaatomstandigheden en de geopolitieke situatie.”
Daarnaast staat Nederland echt bekend om de innovatieve bedrijven in de landbouwsector. Neem bijvoorbeeld de ontwikkelaars van emissiearme stalsystemen en van precisiebemesting. In zo'n voedselvisie zouden het belang van de innovatieve bedrijven voor de rest van Europa ook meegenomen kunnen worden. Innovaties moeten we delen zodat andere landen er van meeprofiteren en ze niet zullen blokkeren zoals bij de Pulsvisserij gebeurde. Die innovatie werd tegengehouden door onder andere Frankrijk. Dat moeten we in de toekomst voorkomen."
Dat innovaties soms een lange weg moeten gaan voordat ze echt juridisch geborgd worden, zien we ook bij de stikstofinnovaties zoals emissiearme vloeren en stikstofkrakers. Het CDA pleit in het kader van werkbaarder stikstofbeleid daarom ook voor een herijking van de Natura 2000-gebieden. Waarom?
„In totaal hebben we in Nederland op dit moment 162 Natura 2000-gebieden en achttien miljoen mensen die willen wonen, leven en werken. Onze nationale stikstofregels komen voort uit het feit dat we van Brussel de Natura 2000-gebieden moeten beschermen. Omdat we daarvoor gebruik maken van de Kritische Depositie Waarden (KDW), zit ons land op slot. En die modellen en waardes kloppen niet. In sommige gebieden is de KDW zo laag, dan zul je, zelfs als je alle boeren, huizen en bedrijven zou weghalen, de doelen nog niet halen. Dit is bijvoorbeeld in de Eilandspolder het geval. Uit praktijkmetingen blijkt echter dat de stikstofgevoelige veenmosrietlanden het uitstekend doen terwijl het volgens de modellen allemaal kommer en kwel is. Dat moet écht anders."
Wat is het doel van die herijking dan? Wil het CDA minder natuur?
„Nee, wij willen niet minder natuur, maar wel meer sturen op maatwerk op basis van metingen uit de praktijk in plaats van beleid op basis van modellen. In Nederland zijn er verschillende Natura 2000-gebieden met dezelfde habitats en doelen die soms niet haalbaar zijn. Nederland moet zichzelf afvragen of dat nog houdbaar is, of dat je bepaalde soorten in een bepaald gebied moet gaan concentreren, zodat je robuustere natuur krijgt. Door meer op de praktijk te sturen, ontstaat er ook weer ruimte voor economische ontwikkeling. In Brussel ligt voor mij niet de taak om te herijken, maar wel om dat beleid binnen bepaalde kaders mogelijk te maken voor lidstaten.
Al met al wilt u boeren dus weer ruimte geven. Is die ruimte er wel?
„Ja, ik denk het wel. Gelukkig merk je nu een kentering bij de Europese Commissie die de regels voor boeren gaat versoepelen. Dat wordt ook breed in het Europees Parlement gedragen."
Bij de presentatie van het voorstel was er kritiek. Onder meer de VVD verweet het CDA dat het voorstel ‘oude koeien uit de sloot halen’ is, omdat dit in het verleden ook al is voorgesteld.
Europa staat nou niet bekend als de snelle wetgever. Met de afbouw van derogatie staan op dit moment tientallen boerenbedrijven op omvallen en kunnen alle beoogde versoepelingen weleens te laat zijn. Gaan ze die herijking van de Natura 2000-gebieden dan nog wel meemaken?
„Ik ga me daar 100 procent. voor inzetten. Als ik gekozen word, dan zal ik na de verkiezingen mijn stinkende best doen om boeren uit de shit te halen.”
Boerenorganisaties zien een nieuw derogatie of overgangsregeling als enige mogelijkheid om een koude sanering te voorkomen. Ziet u een nieuw derogatie als mogelijkheid?
We moeten af van het woord derogatie. Ik plaats liever over verruimde mestplaatsingsruimte.”
Waarom?
Omdat ik daarvoor mogelijkheden zie. Met bijvoorbeeld de wetenschappelijke onderbouwing dat het aanwenden van drijfmest op grasland beter is voor de waterkwaliteit. En normen op Europees niveau gelijk stellen zodat Nederland niet strenger is dan Duitsland. Voorwaarde is wel dat de minister namens de Kamer met een goed plan komt. We moeten het aan de voorkant goed regelen, zodat we niet achteraf verrast worden door de Europese Commissie met de mededeling dat ze niet willen bewegen. Als er een les is die we geleerd hebben, is dat we niet met lege handen naar Brussel moeten gaan. Dingen aan de voorkant regelen, in plaats van achteraf.”
„Het moet dan ook wel én én zijn. De minister kan niet vragen om verruimde plaatsingsruimte zonder daar iets tegenover te zetten. Hij zal in kaart moeten brengen wat effectieve maatregelen zijn die op lange termijn geen negatieve milieueffecten hebben. Ook moeten de maatregelen praktisch uitvoerbaar zijn. Ook zal de verzameling van data, die bepalend is in Brussel, beter moeten. De minister werkt nu bij de aanwijzing van de NV-gebieden met gegevens van waterkwaliteit uit 2013. Dan wordt dus de verbetering van de waterkwaliteit van de afgelopen tien jaar helemaal niet meegenomen. Dat kun je niet aan de sector verkopen. Al met al moet hij dus met een goed plan in de tas naar Brussel gaan om meer mestplaatsingsruimte te verkrijgen. Commissaris Sinkevičius heeft immers ook al aan Annie Schreijer gemeld dat hij bereid is tot een constructieve oplossing te komen.”
Het CDA zit nog steeds in dit demissionaire kabinet en zat er ook in toen er onderhandeld werd over de huidige derogatiebeschikking. Bent u dan ook teleurgesteld in uw eigen partijgenoten?
„Nee. Met Eline Vedder in Den Haag en Annie in Brussel heeft het CDA zich de afgelopen jaren keihard ingezet voor toekomstperspectief in de agrarische sector. De Kamer en ook het CDA heeft meerdere malen bij de minister gepleit om verlenging van de derogatie goed te regelen. Dat dat niet gelukt is, is voor iedereen een zware teleurstelling. Daar mogen we ons dan ook niet bij neerleggen. Om koude sanering te voorkomen moet er nu echt snel een goed plan uitgewerkt worden in Nederland. Daarvoor willen wij als CDA altijd aan tafel zitten. Het CDA was, is en blijft een partij die opkomt voor het belang van de agrarische sector!”
BBB zal ook voor de boeren willen opkomen. Ziet u die partij als een grote concurrent in aanloop naar de verkiezingen?
„Ja en nee. Ons gezamenlijk belang is op te komen voor de Nederlandse agrarische gezinsbedrijven. Het CDA heeft een ervaren team in Brussel, veel kennis en een netwerk. Zelf hoop ik in de voetsporen te treden van iemand die al 55 jaar opkomt voor de boeren. Het CDA vindt investeren in boeren en bedrijfsopvolgers zeer belangrijk om een krachtige landbouw te behouden en gezond voedsel te blijven produceren. Ik ben in ieder geval de enige boerin die namens alle Nederlandse kandidaten zo hoog op een lijst staat. Ik zal mij altijd blijven inzetten voor het belang van de land- en tuinbouw.”
Cv Willemien Koning
Willemien Koning (1965) heeft samen met haar man Kees een melkveebedrijf in Oudkarspel met tachtig melkkoeien en veertig stuks jongvee. Koning is sinds 2015 Statenlid voor het CDA in Noord-Holland en heeft de portefeuilles landbouw, natuur, water, ruimtelijke ordening en luchtvaart. Ook geeft ze trainingen aan bestuursleden van Landbouwcoöperaties in Afrika en Azië via Agriterra. In het verleden was ze van 2014 tot 2022 landelijk voorzitter van LTO Vrouw en Bedrijf en van Copa-Cogeca Womens Committeee in Brussel. Ook mocht ze in 2018 spreken voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York als Vrouwvertegenwoordiger namens Nederland.