'Middelenverbod bedreigt voortbestaan sector'

Met het nationale verbod wil de Tweede Kamer veel verder gaan dan de Europese verboden die per 1 januari van kracht zijn en die gestoeld zijn op de wetenschappelijke analyses van EFSA. De nationale verboden die nu worden voorgestaan missen elke wetenschappelijke basis en zullen in de praktijk eerder een verslechtering dan een verbetering voor de bescherming van de bij betekenen, zegt gewasbeschermingsdeskundige Jaap van Wenum.
‘Waar het nog kan, worden zaadbehandelingen vervangen door een veelvoud aan inzet van oude voor bijen veel schadelijkere middelen via bespuitingen. Waar die mogelijkheid ontbreekt, zullen teelten in grote problemen komen.’ Dat geldt voor bijna al het uitgangsmateriaal, maar ook voor diverse voedings- en sierteeltgewassen. ‘Nederland zou zich met een dergelijk verbod isoleren in Europa en zet haar wereldwijde marktpositie op het spel , met een miljardenschade voor de sector en de Nederlandse economie tot gevolg.’
Schimmelbestrijding in granen, bieten en uien
De vijf veel gebruikte azolen, waar nu een nationaal verbod op dreigt te komen, zijn onmisbaar en worden breed ingezet, ook buiten de landbouw. Ze spelen een zeer belangrijke rol in de schimmelbestrijding bij gewassen als granen, bieten, uien en vele kleine teelten. De betreffende azolen zijn onder meer cruciaal in de bestrijding van de voor de voedselveiligheid zeer schadelijke schimmels in de graanteelt.
Met een nationaal verbod op vijf azolen denkt de Tweede Kamer een bijdrage te leveren aan het terugdringen van de azoolresistente Aspergillus schimmel die jaarlijks zorgt voor 30-50 sterfgevallen bij patiënten met een reeds sterk verminderde weerstand, zegt Van Wenum. ‘Wij zijn met de Tweede kamer van mening dat die problematiek onze aandacht vraagt.’
Azoolresistentie is echter een wereldwijd probleem, en azolen kennen een brede toepassing. ‘Dat wordt in de motie volledig buiten beschouwing gelaten.’ LTO vraagt zich dan ook af of dit verbod daadwerkelijk bijdraagt aan het terugdringen van de resistente Aspergillus schimmel.
Europese en brede aanpak
LTO pleit daarom voor een minimaal Europese en brede aanpak met een sterke wetenschappelijke basis die gericht is op die combinatie van factoren die verantwoordelijk is voor het ontstaan van resistentie. ‘Een nationaal verbod, enkel gericht op gewasbeschermingsmiddelen, stelt de Nederlandse akker- en tuinbouw voor grote problemen en is waarschijnlijk nauwelijks effectief’, aldus Van Wenum.
Met betrekking tot de toelating van gewasbeschermingsmiddelen is sinds 2011 een Europese verordening van kracht die rechtstreeks geldt in alle lidstaten van de EU. LTO Nederland is van mening dat de door de Tweede Kamer voorgestelde nationale verboden van neonicotinoïden en azolen strijdig zijn met die Europese verordening en daarmee elke juridische grondslag missen. LTO Nederland doet een klemmend beroep op staatssecretaris Dijksma om deze moties niet tot uitvoer te brengen.