HLB jubileum: landbouw verdient een plekje in ons land
Dirk Jan Beuling heeft met zijn gezin een akkerbouwbedrijf in Eerste Exloërmond. Op dat bedrijf ligt een proefveld van HLB. Daar lopen proeven met bodemaaltjes en organische stof. Beuling werkt graag mee aan dat onderzoek. Hij vindt de toekomst van de akkerbouw een uitdaging, met name als het de uienteelt en de aardappelteelt betreft. Om verder te blijven komen is teeltkennis en technische innovatie nodig. Beuling wijst bij zijn presentatie ook op de veredeling van rassen die minder middelen tegen ziekten en plagen vereisen of efficiënter met meststoffen omgaan.
De akkerbouwer herinnert zich de lezingen van HLB-oprichter en directeur Nol Mulder in de winters van vroeger. „Daar leerde je altijd veel van HLB en de proefboerderij”, aldus Beuling. Bijspijkeren van die kennis blijft van belang, zegt hij. „Er komt heel wat op ons af als sector. Het moet anders met gewasbeschermingsmiddelen, maar dat valt in de praktijk niet één-twee-drie mee. Het nieuwe gemeenschappelijke landbouwbeleid heeft impact. Nog meer impact heeft de Kaderrichtlijn Water. Op elk bedrijf is dat een uitdaging om het goed te doen, want we worden daarop afgerekend.”
Met stikstof en Natura2000 in zijn hoofd vraagt Beuling zich wel eens af of er nog een plekje voor de landbouwsectoren is. „Daarbij vind ik het soms schokkend hoe weinig kennis er over de landbouw is bij beleidsmakers.” Zonder verandering zal de landbouw niet verder komen, denkt de akkerbouwer. Voor het afschaffen van oude dingen en het bouwen aan nieuwe dingen is hij als ondernemer niet bang: „De rode diesel terug? Maar waarom? We moeten liever een stap maken naar duurzame energie. Daarin kunnen we als sector scoren op de langere termijn.”
Optimalisatie
In Natura 2000-gebieden is geen plek voor intensieve landbouw, denkt Beuling, maar hij denkt dat in overgangsgebieden en in pure landbouwgebieden wel ruimte is, ook voor hoogproductieve landbouw. „Oplossingen die daaraan bijdragen zijn te vinden in precisielandbouw. Ik verwacht veel van drones en robots. Voor de landbouw is altijd toekomst, zolang er maar wordt gegeten!”
Wetenschapper Ernst van den Ende van WUR zegt dat technologie altijd bij zal moeten dragen aan de voedselvoorziening. „We hebben van alle 350.000 bekende plantensoorten 20 zo gedomesticeerd dat ze op 90 procent van het landbouwareaal staan. Die planten kunnen niet zonder onze verzorging, want landbouwsystemen zijn altijd kunstmatig.” Van den Ende stelt dat enkel door alle kennis en techniek te bundelen voedselproductie voor de volgende generaties mogelijk is. „Er is een nieuwe revolutie nodig: het moet beter, gezonder en transparanter.”
In het gebied waar de Nederlandse landbouw zich mag ontwikkelen verwacht Van den Ende dat dit in intensieve en vernieuwende landbouwsystemen vorm zal krijgen. „We hoeven hier niet de hele wereld te voeden, maar we zijn wel heel belangrijk in de driehoek Parijs-Berlijn-Londen.” De Nederlandse vruchtbare bodems zijn te goed om niet te gebruiken, is de overtuiging van de wetenschapper. Veredeling van plantenrassen op efficiënte fotosynthese en stikstofbinding maken wat hem betreft deel uit van de landbouwontwikkeling van de komende decennia.
Directeur Janny Peltjes van HLB bv verwacht dat nieuwe technieken bij gaan dragen aan de landbouwproductie. Ze verwacht ook veel van andere toepassingen, die nog bijna onontgonnen terrein zijn, zoals de toepassing van quantummechanica in de landbouw. „Er bestaan al technieken uit de quantumfysica voor de landbouw. Zo is de opname van nutriënten met trillingen te stimuleren.”
Consument meenemen
„Ik denk dat de sector klaar is voor veranderingen en dat de consument daarin moet worden meegenomen. Vechten tegen veranderingen levert niet gemakkelijk wat op. De landbouw staat ook wel eens te veel met de hakken in het zand. We moeten ophouden de landbouw als een probleem te zien, want het is de oplossing voor voeding, gezondheid en klimaat.” Peltjes maakt zich wel enige zorgen over de economische kant van de landbouw. Ze pleit voor een betere verdeling van de inkomsten over de keten, zodat de landbouw ruimte krijgt zijn rol goed te spelen, inclusief de maatschappelijke wensen.
Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes