Inrichting landschap stuurt plaagbestrijding

In akkers komen insecten voor die helpen bij de biologische bestrijding van landbouwplagen, waardoor het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen kan worden verminderd. Om de bijdrage van deze insecten aan plaagbestrijding te vergroten, is kennis nodig over hun ecologie en verspreiding.
Loopkevers
In het onderzoek van Allema is de verspreiding van loopkevers onderzocht door middel van het meten van de afstand waarover gemerkte kevers zich verplaatsten in het veld. Daarnaast werden gedetailleerde waarnemingen aan loopgedrag gedaan met videoapparatuur.
Voedselaanbod
De gemiddelde verspreidingsafstand van loopkevers ligt in de orde van tientallen meters per dag hemelsbreed en is ongeveer 4 keer groter in de akker dan in semi-natuurlijke habitat zoals grasstroken en heggen. Een groter aanbod van voedsel op de akker lijkt de belangrijkste oorzaak voor verschillen in verplaatsingssnelheid in akkers.
Voorkeur voor bladgewas
Veldmetingen en gedragsobservaties aan de gewone streeploopkever (Pterostichus melanarius) lieten verder zien dat als kevers op de grens tussen 2 gewassen komen, ze een voorkeur hebben voor een bladgewas ten opzichte van een graangewas. Omdat kevers grasstroken meden, verminderden deze stroken de uitwisseling van kevers tussen akkers.
Plaag-reducerende agrarische landschappen
De resultaten van dit onderzoek, samen met kennis over de verspreiding en ecologie van andere natuurlijke vijanden, dragen bij aan het ontwerpen van plaagreducerende agrarische landschappen op basis van biologische bestrijding door natuurlijke vijanden.
Tekst: Wageningen UR
Beeld: Fenneke Wiepkema