Vroege luizendruk in aardappelen
De druk is veruit het hoogst in Oost- en Zuid-Flevoland. Maar ook in Noord-Holland-Noord, Noordoostpolder en Zuid/Holland-Haarlemmermeer zijn al aanzienlijk veel luizen gevonden.
Vorig jaar was er sprake van een laat voorjaar, waardoor er in mei nog geen afklopresultaten beschikbaar waren. Dit jaar is het tegenovergesteld, en ziet de NAK halverwege mei relatief veel virusoverbrengende bladluizen.
Loofvernietigingsdata
Bladluizen brengen virussen bij aardappelen over. Om een goed inzicht te krijgen in de omvang van deze overdracht worden bladluizen gedurende het groeiseizoen gemonitord. Met name voor het vaststellen van de loofvernietigingsdata is dit van belang. Deze monitoring wordt op verschillende manieren uitgevoerd:
Bij het afkloppen, de zogenoemde duizendplantentellingen, worden op verschillende percelen aardappelplanten in heel Nederland afgeklopt en de aanwezige bladluizen opgevangen. Dit afkloppen gebeurt wekelijks (4 maal) direct na opkomst. Het afkloppen gebeurt vanaf half mei voorafgaand aan het plaatsen van de gele vangbakken.
