Met weerbare uien is meer op de wal te halen
Hij ziet dat telers het belang van een stabiel groeiend, weerbaar gewas steeds meer onderkennen. ,,Er is nu veel meer aandacht voor een gerichte bemesting dan vroeger. En ook middelen die de planten weerbaarder maken tegen ziekten en plagen en de groei stimuleren of ondersteunen kunnen tegenwoordig op serieuze belangstelling rekenen’’, zo stelt de adviseur. Een belangrijke ‘gewasversterker’ waarmee afgelopen seizoen goede resultaten zijn geboekt is Serenade. ,,Dit middel heeft de potentie om uit te groeien naar een mooie, groene schakel in de uienteelt.’’
,,Nee, een topjaar wordt het waarschijnlijk niet meer voor de uien. Daarvoor is er op de meeste plekken gewoon teveel water gevallen.’’ Jan Koelmans zegt het met enige voorzichtigheid, want hij kent ook genoeg percelen waar de uien er nu (half juni, red.) best goed op staan. ,,De verschillen hier in het Noorden zijn gewoon groot. We hebben percelen met maar een paar procent uitval, maar ook percelen die door zware buien voor helft zijn uitgedund. En wat gaat er gebeuren als we in de zomer een paar weken droogte krijgen? De uienwortels zitten hoog in de grond, want ze hebben nog niet hoeven zoeken naar water. Misschien hebben we de haspels straks weer heel hard nodig.’’
Omslag in denken
Koelmans’ woorden zijn tekenend voor het bizarre voorjaar, waarin de uien het tot dusver zwaar te verduren hebben gehad. Door het kletsnatte weer liggen ook schimmelziekten - en dan met name valse meeldauw - weer behoorlijk op de loer. De adviseur herinnert hierbij aan seizoen 2021, toen de ziekte flink om zich heen sloeg. ,,Toen zijn we - na een aantal droge zomers - wel weer even goed wakker geschud en wisten we weer hoe snel de schimmel door het gewas kan razen en hoe groot de schade kan zijn. Ook kwam het besef naar boven dat met het wegvallen van mancozeb-houdende middelen (in seizoen 2022, red.) de problemen met valse meeldauw nog wel eens veel groter zouden kunnen worden. Teruggrijpen op de ziekte is er dan immers niet meer bij.’’
Volgens Koelmans heeft dit heftige schimmeljaar dan ook voor een flinke omslag in denken gezorgd. ,,Waar we voorheen bijna volledig leunden op chemische ziektebestrijding, zijn we de laatste jaren hard aan de slag gegaan met het weerbaarder maken van de teelt. Zo is er nu meer aandacht voor de bemesting, zoals het opdelen van de NPK-gift in drie of vier delen in plaats van één deel voor en één deel na het zaaien. Ook kijken we nu meer naar de behoefte aan sporenelementen zoals calcium, zwavel en mangaan, al blijft het nog wel een zoektocht om deze voedingsstoffen effectief en precies op het juiste moment in te zetten. Hoe dan ook is de focus nu meer gericht op een stabiel groeiend en weerbaar gewas waarin ziekten en plagen minder kans krijgen.’’
Focus op Serenade
Om deze reden zijn ook de biologische fungiciden steeds meer in beeld gekomen. Wat Koelmans betreft is het middel Serenade - gebaseerd op de bacteriestam Bacillus amyloliquefaciens
QST 713 - op dit moment de belangrijkste vertegenwoordiger binnen dit segment. ,,Van Serenade weten we dat het al jarenlang serieus wordt onderzocht in heel veel verschillende gewassen en dat de resultaten niet mooier worden gemaakt dan ze zijn. Dat geeft ons vertrouwen om er op een nuchtere en realistische manier mee de boer op te gaan’’, aldus de adviseur.
De afgelopen jaren is er vooral ervaring opgedaan in pootaardappelen, waar het middel wordt toegepast om de schilkwaliteit te verbeteren. ,,Met name bij schurftgevoelige rassen zijn er goede resultaten geboekt, met zichtbaar minder schurft.
Hoewel de resultaten door de jaren heen misschien wat grillig zijn, is er inmiddels een vaste groep telers die er jaarlijks mee werkt‘’, zo weet Koelmans. Afgelopen seizoen is Serenade ook op proef op twee uienpercelen in Pingjum (ras: Red Tide) ingezet. De resultaten daarvan waren ronduit goed. Op het gedeelte waar Serenade werd toegepast kwam de opbrengst maar liefst 10 procent hoger uit (landelijk: 4%, red.). Daarnaast was ook het netto gewicht (tarrering) iets beter. Koelmans benadrukt dat deze resultaten weliswaar een mooie indicatie geven van het effect van Serenade in uien, maar dat er voor ‘hardere cijfers’ meer proeven over meerdere jaren en op meerdere gronden moeten volgen. Om die reden liggen er dit jaar opnieuw proeven met Serenade bij uientelers in het Groningse Oldambt.
Groene schakel in de uienteelt
Of Serenade de komende jaren een vlucht gaat nemen in de uienteelt durft Koelmans nog niet te zeggen. ,,Telers in ons werkgebied zijn tamelijk nuchter en gaan niet meteen overstag na een presentatie met mooie proefresultaten. Het is toch vooral: eerst zien, dan geloven. Bovendien hebben we hier veel rijke gronden waar uien goed kunnen groeien. Serenade zal dus echt iets extra’s moeten bieden’’, zo stelt hij. Niettemin merkt de adviseur dat telers nieuwsgieriger worden naar biologische middelen als Serenade - en dat enkelen ook bereid zijn om er wat mee te experimenteren.
,,Als de komende jaren blijkt dat gewassen met Serenade beter groeien en weerbaar worden tegen ziekten en plagen, dan zal het enthousiasme voor het middel zeker groeien. En als blijkt dat je er - met name in jaren met moeilijke teeltomstandigheden - ook nog meer kilo’s mee op de wal kunt halen, dan zal het nog meer gaan rollen. Vooral op dat punt zie ik potentie voor Serenade: maatregelen die maar iets meer rendement geven aan een dure teelt als uien zijn al gauw de moeite waard om uit te voeren. In die zin kan Serenade wel eens uitgroeien tot een mooie, groene schakel in de uienteelt.’’