Project Klimaatadaptatie heeft vooral voer voor discussie met teler gebracht
Door het veranderende klimaat krijgt de akkerbouw steeds meer te maken met perioden van extreme droogte of juist veel neerslag. Ook verzilting vormt in sommige regio’s een toenemende dreiging. De afgelopen vier jaar hebben Agrifirm, BO Akkerbouw, Delphy, SPNA Agroresearch, ministerie van LNV (nu: LVVN) en WUR in de PPS Klimaatadaptatie Open Teelten samengewerkt met als doel om akkerbouwers praktische handvatten te geven om in te kunnen spelen op klimaatverandering en rendabele teelten te houden.
Grotere risico's binnen aardappelteelt
Het PPS-project had als doel om in de akkerbouw de risico’s op opbrengstderving door extreme weersomstandigheden te verkleinen. Daarnaast is er gewerkt aan een efficiënter gebruik van nutriënten en water en een verhoging van het rendement in de teelt van met name rooivruchten. Speciale aandacht was er voor de aardappelteelt in Nederland die in het bijzonder grote risico’s loopt op opbrengstderving door water-gerelateerde extreme weersomstandigheden.
Eén van de doelen was om in de akkerbouw de risico’s op opbrengstderving door extreme weersomstandigheden te verkleinen. Dat is niet helemaal gelukt. Projectleider Arwen van der Gugten van Wageningen UR: „De proeven zijn uitgevoerd in het open veld, daarbij ben je overgeleverd aan het weer dat je krijgt. We hebben qua weersomstandigheden niets extra’s gedaan, dus geen extreme beregening om hoosbuien te simuleren of iets dergelijks.”
De afgelopen onderzoeksjaren waren heel verschillend. „Soms was het zo nat dat het effect van beregening niet te meten was. Of het was zo droog dat de drempeltjes tussen de ruggen geen effect hadden. Daarom is het lastig om de resultaten door te vertalen naar opbrengstverbetering. Wel hebben we geconstateerd dat zuinig beregenen met druppelirrigatie – 60 procent watergift ten opzichte van beregenen – een negatief effect heeft op de opbrengst van zetmeelaardappelen.”
„We willen de boeren aan het denken zetten: wat kan ik doen op mijn eigen bedrijf.”
Wat ook is bereikt is dat er een discussiestuk ligt waarmee de verschillende partijen het gesprek aan willen gaan met de boeren. „Met deze infographic willen we boeren aan het denken zetten: wat kan ik doen op mijn eigen bedrijf om de effecten van het klimaat minder groot te laten zijn.” Met de infographic kunnen de telers met bijvoorbeeld een teeltadviseur in gesprek over de mogelijke maatregelen op het bedijf, wat de voor- en nadelen hiervan zijn, en hoe het kostenplaatje hiervan gaat uitpakken.
De tekst gaat verder na de afbeelding en het kader
Factsheet klimaatadaptatie op je eigen bedrijf
In de infographic (zie de afbeelding hierboven) is de focus gelegd op vijf maatregelen: seizoensrijbanen, irrigatie, erosiestopper en woeltand, gatenboor, en groenbemester. Van elke maatregel wordt uitgelegd wat deze doet, wat de kosten zijn en de potentiële voor- en nadelen en enkele aanbevelingen. Daarnaast vertelt een teler die met deze techniek heeft gewerkt over zijn bevindingen.
Meer informatie over het PPS-project Klimaatadaptatie Open Teelten en de infographic vind je hier.
Is het een tegenvaller dat er geen superconcrete financiële verbeterpunten uit het project zijn gekomen? „Natuurlijk hoop je altijd dat de uitkomsten bijdragen aan een beter resultaat van de akkerbouwers, maar uiteindelijk zullen ook deze uitkomsten hen verder kunnen brengen. De weersextremen nemen immers toe en daarmee ook de risico’s op sterke tegenvallers.”
Extreme jaren
De deelnemende bedrijven en onderzoeksinstituten hebben moeten constateren dat een open veld onderzoek onder zulke complexe omstandigheden als in de laatste jaren heel lastig is. „De akkerbouw heeft de afgelopen jaren wel een paar extreme jaren voor de kiezen gehad.”
Het PPS-project krijgt in directe zin geen vervolg. Indirect wel: „Er spelen zo veel uitdagingen die te maken hebben met het klimaat, denk aan verzilting, watertekort of -teveel en bodemverdichting. Klimaatadaptatie raakt zo veel deelonderwerpen. We hebben daarom besloten hier niet meer één groot verzamelproject van te maken, maar bepaalde onderwerpen zoals verzilting en bodemverdichting zelfstandig op te pakken. Kern van deze onderzoeken is wel hetzelfde: hoe maak ik mijn bedrijf robuuster. Die vraag moet een integraal onderdeel worden van je bedrijfsvoering.”