Tarwe in mei 16 procent duurder dan in maart
Bij de start van het seizoen 2021/2022 (na de oogst augustus 2021) daalde de telersprijsindex van tarwe eerst naar 136 punten, om vervolgens een stijging in te zetten om uiteindelijk een recordhoogte te bereiken van 236 punten in juni/juli 2022. Sindsdien is de tarweprijs weer gedaald, volgens Agrimatie mede ook op basis van positieve oogstverwachtingen voor seizoen 2024/2025. Deze daling zette door tot maart 2024, om vervolgens weer de weg naar boven te vinden.
De prijsindex van mei 2024 lag op 110 punten. Dit is 16 procent hoger dan twee maanden eerder en een daling van 6 procent ten opzichte van mei 2023. Volgens Agrimatie is de reden voor de stijgende prijzen het natte voorjaar, waardoor de oogstramingen iets minder gunstig waren. Inmiddels komt de graanoogst langzaam maar zeker op gang. Overigens betreft de prijsindex af boerderij de prijzen van Nederlandse zachte tarwe en spelt en niet die van de wereldmarktprijs van harde tarwe.
Mondiaal
De prijzen voor tarwe op de internationale graanmarkten naderden in maart dit jaar het niveau van de jaren voor het uitbreken van de Russische inval in Oekraïne. Tussen maart en eind mei 2024 zaten de tarweprijzen weer in de lift als gevolg van zorgen over de weersomstandigheden op het noordelijk halfrond en berichten over vorstschade in delen van Rusland en Oekraïne.
Sinds eind mei signaleert Agrimatie weer een dalende trend in de tarwe prijzen als gevolg van een zwakke internationale vraag. Wereldwijd ligt de productieraming voor seizoen 2024/2025 op circa 790 miljoen ton (juni 2024) en eindvoorraden worden geraamd op circa 250-260 miljoen ton. Historisch gezien nog steeds een laag voorraadniveau.
Nederlandse tarwe
Het merendeel van de ruim 1 miljoen ton tarwe die jaarlijks door circa 5.600 Nederlandse akkerbouwers (CBS, 2023) wordt geproduceerd, is zachte tarwe. Deze is minder geschikt als baktarwe en wordt grotendeels benut als veevoer. Slechts ongeveer 100.000 ton van het in Nederland geproduceerde graan (vooral tarwe) wordt verwerkt door de Nederlandse maalindustrie.
Tekst: Guus Queisen
Opgegroeid op een gemengd agrarisch bedrijf op een typisch Zuid-Limburgse carréboerderij. Na een financieel/economische opleiding en diverse functies sinds 1985 in deeltijd en sinds 1996 fulltime op freelance basis actief in de landbouwjournalistiek. Volg kritisch alle ontwikkelingen die (in-)direct aan de agrarische sector gerelateerd zijn. Bij Agrio werkzaam voor zowel de papieren als de digitale uitgaven van: Stal en Akker, Pigbusiness, Melkvee en Akkerwijzer.
Beeld: Guus Queisen
Bron: Agrimatie Wageningen Economic Research