Nieuwe ICM-velddagen leggen focus op maatregelen op gewasniveau
ICM (Integrated Crop Management, oftewel geïntegreerde teelt) betekent naar het hele systeem kijken om weerbaar te kunnen telen. In de ICM-aanpak is het vertrekpunt: wat kunnen we aan de voorkant doen om problemen te voorkomen? En als dat niet lukt zo specifiek mogelijk ingrijpen, met zo min mogelijk chemie. Het gaat om verschillende maatregelen die een teler neemt om zijn gewas gezond te houden. Kortom, een andere aanpak, waar je als akkerbouwer mee moet leren werken.
Onderzoekers van Wageningen University & Research (WUR) hebben de geïntegreerde aanpak van ziekten en plagen uitgewerkt tot een raamwerk met vijf pijlers: gewasdiversiteit in ruimte en tijd, ras en teeltwijze, bodem, water en bemesting, gerichte bestrijding, en monitoring en evaluatie. Aan elk van deze pijlers hangt een breed spectrum van maatregelen, passend binnen de ICM-strategie. Maatregelen zijn gericht op het voorkomen van vestiging, het verhogen van de competitie door het gewas en het beperken van vermeerdering. Een vierde component bestaat uit het toepassen van ondersteunende technieken.
Verschillende grondsoorten
De twee velddagen worden gehouden op verschillende grondsoorten: 5 september in Lelystad (kleigrond) en 26 september in het Drentse Marwijksoord (zandgrond). De gewassen die centraal staan passen dan ook bij het betreffende gebied. In Lelystad gaat het om consumptie- en pootaardappelen, bieten, uien en peen. In Marwijksoord gaat het meer om zetmeelaardappelen, bieten en uien. Aanmelden voor één van deze bijeenkomsten kan hier.
De tekst gaat verder na de foto
„We leggen deze keer dus niet de gewassen langs de vijf pijlers van ICM, zoals we eerder in Vredepeel wel hebben gedaan. Nu kijken we naar vier hoofduitdagingen: aaltjes, ziektes, onkruiden en plagen”, vertelt Timo Sprangers, onderzoeker gewasbescherming bij de WUR en vanuit die functie bezig met ICM. „Telers kijken naar hun eigen bouwplan en kijken wat ze zelf op een geïntegreerde manier kunnen doen om bijvoorbeeld aaltjes of valse meeldauw te beperken of voorkomen.” Oplossingen kunnen worden gevonden in gerichte maatregelen, zoals raskeuze of bodembeheer.
Nieuwe uitdagingen
Al liggen daar ook weer de nodige uitdagingen, erkent hij. „Er zijn bijvoorbeeld geen aardappelrassen met resistentie tegen phytophthora én aardappelmoeheid. Dan moet je keuzes maken. Daarover gaan we met akkerbouwers in gesprek: hoe stel je de prioriteiten vast, hoe maak je de juiste afweging, welke alternatieven zijn er, en hoe past dit binnen je bedrijf.”
Daarbij biedt elke locatie een extra thema. In Marwijksoord ligt al zo’n zeventig jaar een proefveld met gebreksziekten. „Zo zie je in de praktijk wat het niet geven van nutriënten als magnesium of stikstof met je gewas doen.” In Lelystad is veel ervaring opgedaan met gewasdiversiteit in het bouwplan. „Daar kijken we naar bijvoorbeeld de waarde van groenbemesters, strokenteelt of mengteelten.”
Meer in gesprek met telers
De organisatie hoopt tijdens de twee velddagen vooral meer in gesprek te gaan met telers. „Er vallen steeds meer gewasbeschermingsmiddelen weg. Telers maken zich daar zorgen over. Wij proberen met hen te kijken hoe je bijvoorbeeld bij lastige ziektes als valse meeldauw in uien of bij het wegvallen van bodemherbiciden tóch nog stappen kunt zetten richting geïntegreerde oplossingen”, zegt Sprangers.
De tekst gaat verder na de foto
Met een ICM-aanpak is er veel mogelijk, maar je moet het leren zien en vervolgens toepassen, geeft Geert Pinxterhuis van BO Akkerbouw aan. „En daarbij heeft elke plaag zijn eigen strategie. Phytophthora kun je tackelen met rassenkeuze, bij ritnaalden kijk je naar andere bouwplan- en grondbewerkingsmaatregelen.”
Pinxterhuis hoopt dat de ICM-aanpak snel algemeen gaat worden gebruikt. „Akkerbouwers ervaren ook dit jaar dat er steeds minder middelen in de kast liggen. Daarbij komt ook het veranderende klimaat waar de sector rekening mee moet houden. Daarnaast is er de omgeving, denk aan zaken als water en omwonenden, waar we meer en meer mee te maken hebben. Al deze zaken vragen dat we op een andere manier naar onze teelten kijken.”
Nu aan de slag
De EU wil dat de agrarische sector het middelengebruik in 2030 met 50 procent heeft gereduceerd. Pinxterhuis wil zich met de geïntegreerde aanpak niet binden aan dat jaar. „Er hangt voor mij geen jaartal aan. Telers moeten nu met ICM aan de slag. Je hebt de keuze: ga ik er nu al mee aan de slag of wacht ik totdat het moet? Met ICM moet je leren werken. Daarom is het zo belangrijk om er nu al vertrouwd mee te raken.”
Dat ziet ook Sprangers. „Nu kunnen we nog samen kijken naar en werken aan de uitdagingen. Ga met elkaar in discussie. En dan zul je soms merken dat 1 + 1 meer is dan 2.”
De ICM-velddagen worden georganiseerd door BO Akkerbouw, Wageningen UR, het ministerie van LVVN en alle ketenpartners van de PPS Akkerbouw op Zand.
Belangstelling voor deze ICM-dagen? Meld je dan hier aan.