Tweede editie Topbodem van start
Het scherpe mestbeleid, grotere machines, meer neerslag in een korte periode. Het zijn slechts enkele factoren die van invloed zijn op de bodem. Hoe ga je daar als akkerbouwer mee om? En kies je dan voor de korte of de lange termijn? Tijdens de eerste editie bleken de vier finalisten daar verschillend mee om te gaan, maar werkte iedere akkerbouwer wel vanuit een duidelijke visie. En met resultaat, want ze beschikten over een zeer goede bodem.
Aanmelden Topbodem
Ook in deze tweede editie draait het weer om de kwaliteit van de bodem. Het wedstrijdelement is het zelfde gebleven en bestaat uit een combinatie van het invoeren van een bodemanalyse en een kennisquiz. Ten aanzien van de bodemanalyse stelt de jury wel als extra eis dat de analyse niet ouder mag zijn dan 1 januari 2011. Om goed te weten wat er in de bodem gebeurd en daar op te kunnen sturen, vindt de jury het van belang om eens in de vier jaar, het gemiddelde bouwplan, over goede cijfers te beschikken.
Topbodem formule
Ook de Topbodemformule is het zelfde gebleven. De jury heeft de formule nog wel kritisch tegen het licht gehouden, omdat alle vier de finalisten op zeeklei boerden. De formule bestaat uit negen verschillende bodemtypes: duingrond, zandgrond, zeeklei, rivierklei, maasklei, dalgrond, kleiig veen, veen en löss. En per bodemtype wordt de score bepaald. „Zandboeren en kleiboeren hebben daardoor gelijke kansen om te winnen”, zegt productmanager Arjan Reijneveld van BLGG.
Kansen voor zandbodems
De kwaliteitsbeoordeling van een perceel is altijd gerelateerd aan de grondsoort. Reijneveld: „Een zeeklei die door de teler minder goed is onderhouden, scoort absoluut lager dan een zandgrond die met beleid is bemest.”
De beoordeling van de kwaliteit van een perceel is grondsoortafhankelijk. Het optimum van de paramaters pH, organische stof en CEC zijn voor elke grondsoort uniek. Voor de P-Al geldt dat de optimale waarde juist onafhankelijk is van de grondsoort.
De beoordeling van de kaliumvoorraad gaat zelfs nog een stap verder. Gebaseerd op kennis van BLGG waardeert de rekenmodule van TopBodem de K-voorraad aan de CEC van het perceel. „Een kaliumvoorraad van 1,8 in relatie tot een CEC van 130 wordt als ‘vrij laag’ beoordeeld. Als je diezelfde kaliumvoorraad vindt bij een CEC van 23, dan valt die in de klasse ‘vrij goed’. Dus hoewel zandgrond van nature een lagere CEC heeft dan kleigrond, kan een teler die het optimale realiseert binnen de mogelijkheden van het perceel, winnaar worden van TopBodem”, aldus Reijneveld.
Vergelijken met collega’s
Naast de hoogte van de score bleek tijdens de eerste editie ook dat deelnemers het vergelijken per bodemtype en regio interessant vonden. Binnen een straal van 20 kilometer rondom het opgegeven perceel worden ook de profielen van de andere deelnemers getoond. En iedereen die meedoet krijgt via de email een code toegestuurd om vaker op de persoonlijke Topbodempagina terug te kunnen komen. Zo is het mogelijk om te volgen hoe jouw perceel blijft scoren ten opzichte van nieuwe deelnemers.
Kennis overdragen
Akkerbouwers die mee willen doen kunnen tot en met 31 december een perceel inschrijven via www.topbodem.nl. De jury gaat vervolgens begin januari langs bij de finalisten en op het praktijkevenement eind januari zal de winnaar bekend worden gemaakt. Net als vorig jaar wordt dat vooral een praktische dag om kennis uit te wisselen rondom goed bodemmanagement. Dat gebeurt gedurende de looptijd van Topbodem ook via artikelen in Akker. Dit jaar met als thema bodemreparatie.
Topbodem is een initiatief van Agrio en BLGG AgroXpertus en partners OCI Agro en Sibelco. Topbodem speelt in op de vraag om het kennisniveau over bodemprocessen te vergroten. Het project bestaat uit een serie artikelen, een competitie om de beste bodemmanager en een praktijkevenement.