DAW demobedrijf
Hoge onkruiddruk dwingt akkerbouwer Albert Jan tot inzet van titus
Albert Jan boert op Drentse zangrond tussen natuurgebieden in en heeft een beregeningsverbod. Een regeneratieve en natuurinclusieve aanpak maakt hem minder afhankelijk en zorgt voor een sterkere bodem, denkt de DAW demoboer. 'De regeneratieve landbouw stelt dat niet ploegen beter is voor de bodem. Maar dat is de theorie. In de praktijk blijkt niet ploegen en een jaarrond groen perceel voor veel onkruiddruk te zorgen dit jaar', ziet DAW demoboer van Albert Jan. Op Blok A stond de bladrammenas veel massaler dan waar het Koeckhovensysteem (Blok B, inzet ecoploeg) is toegepast. Kortom: het hoofdgewas lijdt onder niet ploegen want daardoor is er meer aanwezigheid van bladrammenas. ‘De opbrengst op Blok A is minder.’
Geen andere mogelijkheid dan inzetten titus
Albert Jan: ‘Daar komt natuurlijk bij dat door het extreem natte jaar mechanische onkruidbestrijding op alle proefvelden nagenoeg onmogelijk was.’ De bladrammenas (groenbemester van het najaar) kreeg dit voorjaar alle kans om te blijven groeien. ‘We wilden het niet, maar de onkruiddruk was zo hoog dat we hebben moeten spuiten met titus in het proefveld met aardappelen en proefveld met mais’.
Voor definitieve conclusies is het nog veel te vroeg, vindt Albert Jan. Maar hoe hij het tot nu toe vindt gaan? ‘Er zit meer werk in zo’n pilot dan je denkt, meer variaties in bewerkingen. De resultaten kloppen aardig met mijn verwachtingen. Bij mechanische onkruidbestrijding is namelijk de verwachting dat de onkruidtolerantie iets hoger zal zijn. Het probleem is vooral bladrammenas, de groenbemester van de winter. Overige onkruiden zoals melde vallen erg mee en vormen geen probleem. Op het oog lijkt de mais op het niet-geploegde veld er iets beter bij te staan maar de metingen moeten nog binnenkomen.' Albert Jan blijven volgen? Kijk op zijn pagina op de website van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer.
Neem zelf een kijkje op 6 september bij DAW demobedrijf Nieuw Altinge
Het demoveld in Anderen (Drenthe) is opgedeeld in een blok met niet-kerende grondbewerking met directzaai, gecombineerd met wiedeggen en schoffelen (BLOK A) en een blok gereduceerde grondbewerking (met de Van Koeckhoven zaaimachine) en ook mechanisch onkruidbeheer door middel van wiedeggen en schoffelen (BLOK B). Er is een proefperceel met gerst-erwten, een perceel met aardappelen en een proefperceel met mais. In het najaar heeft er bladrammenas als groenbemester op de proefvelden gestaan. De proef bij Nieuw Altinge duurt nog vier jaar. Op vrijdag 6 september zet ondernemer Albert Jan zijn deuren open en kun je kijken op het demoveld. Zie jij nog verschil in het gewas tussen gereduceerd en niet ploegen? En ben jij ook benieuwd of Albert Jan het volgend jaar wéér zo gaat aanpakken? Voor alle activiteiten en aanmelden kijk je op de website van het DAW.
Wat is de stikstofbenutting door het gewas
Op alle demovelden is de aanwezigheid van aaltjes (pratylenchus penetrans) bekeken. Dit is de 0-meting van de stand van aaltjes op de verschillende percelen. Volgend jaar wordt gekeken of de verschillende bewerkingen invloed hebben op de hoeveelheid aaltjes op een perceel. Ook de monsters van de geoogste gerst-erwten liggen in het lab. In de proef kijkt men naar de stikstofbenutting door het gewas: hoeveel is op het land gebracht en hoeveel zit er na de oogst nog in het gewas?
Tekst: Deltaplan Agrarisch Waterbeheer
Beeld: Deltaplan Agrarisch Waterbeheer
Bron: Deltaplan Agrarisch Waterbeheer