'Ras blijft meest bepalend voor kwaliteit ui'
Telers kunnen volgens Salomons behoorlijk bouwen op de cijfers uit de uienrassenproeven van UIKC. Daarna komen de teeltmaatregelen als het de kwaliteit van de uien betreft. Bemesting en goede timing van gewasbescherming zijn van belang voor de opbrengst en voor onderdrukking van probleemziekten als valse meeldauw en koprot.
Uit het onderzoek rond koprot komt naar voren dat middelenkeuze verschil maakt in resultaat, maar dat per jaar andere strategiën winnen, omdat weer en ziektedruk sterk verschillen van seizoen tot seizoen. Salomons ervaart dat Signum inzetten preventief werkt vóór een beschadiging in uien optreedt door hagel of ander slecht weer. Curatief doen schema's met Fandango het goed.
Bij hardheid van de ui is eerst het ras bepalend. Daarna heeft bemesting enige invloed, maar dat is ondergeschikt aan de raseigenschappen. Salomons is daarom blij met de stappen die veredelaars maakten naar hardere uien. Hij denkt dat dit belangrijk is voor de ontwikkeling van de afzet van Nederlandse uien naar verre overzeese bestemmingen.
Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes