De teelt zit er op maar de verzorging gaat door
Nu de oogst is losgebarsten wordt langzamerhand duidelijk hoe de vlag er in de uien bijhangt met de opbrengst en de kwaliteit. Uitzonderingen daargelaten valt het Kees Jacobs toch niet helemaal mee.
“De sortering is vaak fijn. En veel uien hebben in de bewaring nog een poos intensieve zorg nodig.”
“Er is ondertussen al flink wat gerooid”, steekt Kees Jacobs van wal. Mijn advies is om nu te rooien zodra de grond het toelaat want het oogstmoment voor de mooiste huid is op de meeste plaatsen al gepasseerd.” De positieve verwachting die de Syngenta adviseur de vorige keer uitsprak op basis van contacten met handel en telers komt bij nader inzien toch niet helemaal uit. “Ik denk dat het over de hele linie toch gaat tegenvallen. Op veel plaatsen zie ik een fijne sortering van het land komen. Er zijn te veel percelen met een verhaal, bijvoorbeeld te late zaai door de neerslag of groeivertraging door hagelschade. En we hebben ook gewoon te weinig zon gehad voor een goede productie. Er zijn wel percelen met goede opbrengsten, bijvoorbeeld in Flevoland en in Drenthe, maar ook daar had men bij een normaal verloop van het seizoen 10 tot 15 ton meer kunnen oogsten.”
Bacterieziek
Waren het vorig jaar de dikhalzen die bij het inschuren de wenkbrauwen deden fronsen, dit jaar ziet Jacobs vooral problemen met bacterieziek. “Je ziet opvallend meer besmettingen dan andere jaren. Er is links en rechts ook windschade met geknakte pijpen tot gevolg. Dat zijn ideale invalspoorten. Maar bacterieziek wordt ook verspreid door hazen en ander wild.” Als telers bacterieziek op hun perceel aantreffen is goede raad duur, stelt de teeltadviseur. “Als de aangetaste bollen al zacht worden raak je ze wel kwijt op het veld met een lader met axiaalrollen. En als ze in de schuur belanden zul je waarschijnlijk lang en intensief moeten drogen.” Door bacterieziek aangetaste uien zijn te herkennen aan de bruine kleur en de snellere afrijping. In een later stadium worden ze zacht en gaan ze stinken. Ook fusarium uien, die toch links en rechts weer worden aangetroffen, kunnen er met de axiaalrollen worden uitgedraaid.
De uitrusting van de uienlader kan ook op andere fronten van invloed zijn op de bewaarbaarheid van de uien, stelt de Syngenta medewerker. “Ik zie best veel percelen die flink ver-onkruid zijn. Grote proppen groen materiaal wil je niet in de schuur hebben vanwege de luchtweerstand; dan kan een egelband goede diensten verlenen. En de axiaalset die ik eerder noemde weet goede raad met de dikhalzen. Want die zijn er nog genoeg, al is het minder erg dan vorig jaar.”
Secuur drogen
Eenmaal in de schuur begint de belangrijke fase van het drogen.
“Ik ben van mening dat je altijd moet drogen met ondersteuning van een heteluchtkanon”, stelt Jacobs.
“Drogen met alleen maar buitenlucht is verkeerde zuinigheid. Je hebt gewoon klokje rond een temperatuurverschil nodig en dat lukt alleen met de kachel erbij.”
Jacobs is voorstander van geleidelijk drogen met lucht van 20 tot 22 graden. “Dat is de meest betrouwbare methode als je watervellen wilt voorkomen”, meent hij. Om het verloop van het droogproces goed te kunnen monitoren vindt Jacobs ook een RV-meter onmisbaar. “Je moet doorgaan met drogen totdat de RV is gezakt naar een waarde van 60% Dat kun je niet schatten met je natte duim. Het duurt meestal ongeveer 2 weken voordat je die waarde hebt bereikt. En daarna moet je de RV-meter goed blijven volgen. Dat de RV weer langzaam oploopt is normaal maar als hij substantieel boven de 80 komt, moet je corrigeren. En dan moet er zeker een kachel bij want dan is het inmiddels oktober.” Pas als de partij langere tijd een stabiele RV van 80% heeft is het moment aangebroken om te gaan koelen. Jacobs: “Als je een koeltempo aanhoudt van 1,5 graad per week, ga je mooi met het seizoen mee en heb je onderweg nog een keer de mogelijkheid om te drogen als dat nodig is.”
Werking MH
De laatste tip die Jacobs wil meegeven betreft de kwaliteit van de MH-bespuiting. “Die is waarschijnlijk niet overal even goed geslaagd door versnelde afsterving door valse meeldauw”, vermoedt Jacobs. “Als je half november een monster van pakweg 50 uien op vochtige potgrond wegzet bij 15 tot 20 graden zal de ui na een aantal weken gaan spruiten als de MH niet goed heeft gewerkt. Je kunt dit ook met twee bakjes uien doen en dan van het eerste bakje al na een paar weken de onderkant van de bollen inspecteren. De ui zal namelijk altijd eerst beginnen met wortels vormen, dus dan heb je al snel een eerste indruk.”