LTO en NAJK hopen op budget voor bedrijfsspecifieke aanpak normoverschrijding gewasbeschermingsmiddelen in oppervlaktewater
Via een manifest (Grondvest van Gezonde Groei) zijn Tweede Kamerleden op de hoogte gebracht van de plannen van de belangenbehartigers.
Ministeries
De hoop is gevestigd op het debat van woensdag 27 november in de Tweede Kamer in Den Haag, want NAJK en LTO hebben zelf onvoldoende budget voor een bedrijfsspecifieke aanpak in het geval van normoverschrijdingen. Daarom hopen LTO en NAJK op steun van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselveiligheid en Natuur en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat voor het plan.
„De afgelopen twee jaren hebben we als akkerbouwers en vollegrondsgroentetelers te maken gehad met een hoge ziektedruk en met een verschraling van het middelenpakket”, vertelt Tineke de Vries, voorzitter Vakgroep Akkerbouw en Vollegrondsgroente bij LTO. „Te samen verhoogt dit het risico op normoverschrijdingen in het oppervlaktewater. De enige manier om dit aan te pakken is de akkerbouwers en tuinders zelf aan het roer te zetten, hierbij: rondom een meetpunt met normoverschrijdingen telers bij elkaar brengen en zelf laten bepalen welke maatregelen ze nemen.”
Schijnzekerheid
LTO ziet de KRW-doelen halen als een speerpunt, omdat er anders mogelijk generieke maatregelen dreigen voor de Nederlandse landbouw op het gebied van gewasbeschermingsmiddelen. LTO constateert nu al een trend bij lokale en provinciale overheden dat bepaalde middelen worden verboden, bijvoorbeeld op pachtgronden. ‘Deze besluiten zijn niet gebaseerd op een wetenschappelijke onderbouwing, maar op gevoelens en emoties. LTO roept de overheden op om af te zien van deze beperkingen als er geen grondslag is. De stappen neigen naar het creëren een schijnzekerheid.’
Overigens pleit LTO wel voor zorgvuldig wetenschappelijk onderzoek naar gewasbescherming. ‘LTO vindt dat, wanneer middelen gebaseerd op de meest actuele stand van de wetenschap als veilig worden beoordeeld, deze ook in de Nederlandse landbouwpraktijk moeten kunnen worden ingezet. Tegelijkertijd maken ook wij ons zorgen over signalen dat (een mix van) gewasbeschermingsmiddelen mogelijk het risico op neurologische aandoeningen kan vergroten. Daarom wil ook LTO dat hier zorgvuldig onderzoek naar wordt uitgevoerd. Wanneer blijkt dat middelen bij verantwoord gebruik risico’s opleveren, zijn wij van mening dat deze middelen uit de markt moeten worden gehaald. Omwille van de gezondheid van burgers en omwonenden, maar zeker ook omwille van de gezondheid van onze eigen voedsel- en groenproducenten.’