Akkerbouwers moeten 500 euro bijdragen aan onderzoek
De minister heeft de verbindendverklaring verleend aan de brancheorganisaties voor granen, voor suiker, en voor aardappels en overige gewassen. Deze BO’s vallen onder de paraplu van de BO Akkerbouw. Die kan hiermee een onderzoekprogramma opzetten dat de researchprogramma’s van individuele ketens overstijgt. “Hierbij moet je denken aan onderwerpen als bodemgesteldheid, gewasbescherming en plantgezondheid”, licht BO-directeur Matthé Elema toe. “Vroeger viel dit onder het productschap, maar sinds de afschaffing daarvan is onderzoek naar deze zaken op een lager pitje komen te staan.” De BO wil dit weer aanzwengelen, maar vindt dat alle akkerbouwers hieraan mee moeten betalen, omdat zij hier allemaal van profiteren. Leden van organisaties die bij de BO Akkerbouw zijn aangesloten, zoals LTO met haar dochterverenigingen, de NAV en de NAO, doen dat automatisch al, maar nu kan de BO niet-aangesloten boeren ook daartoe verplichten.
16 miljoen euro
Een eerste onderzoeksprogramma loopt tot eind 2020. De BO denkt hiervoor ruim 16 miljoen euro budget nodig te hebben. Akkerbouwers betalen hieraan mee via een bijdrage per hectare, die varieert met het gewas dat ze daar verbouwen. Ze betalen €13.20 per hectare poot- en consumptieaardappelen, €8,80 per hectare zetmeelaardappelen of suikerbieten, en €4,40 per hectare graan. Dat komt voor de gemiddelde boer uit op 500 euro per jaar, stelt Elema. Het eerste jaar is het tarief lager, omdat de verbindendverklaring pas in mei is ingegaan.