Enkelvoudig en mengsel groenbemesters in onderzoek

De telers bekeken de techniek van de machines die gebruikt zijn voor grondbewerking en zaai. Zo zaaiden ze op Kollumerwaard direct bij de oogst van het graan groenbemesters met een zaaimachine achter de combine. Op het proefbedrijf maken ze ook de vergelijking tussen groenbem,esters zaaien met stro hakselen en met afvoeren van het graanstro.
Haagsma en Den Herder zetten een spade in de grond om de beworteling te laten zien. Volgens Haagsma kunnen kruisbloemige groenbemesters boven de grond soms heel weelderig groeien, terwijl de wortelontwikkeling minder sterk is. Juist dat laatste is van belang voor de bodem en het bodemleven. „Daarom is het altijd goed om in de bodem te kijken”, zegt Haagsma. „Zo kan je de verhouding tussen boven en onder de grond weten.”
Mengsel tegenover enkelvoudig
Volgens Haagsma leven er veel vragen over mengsels van groenbemesters: „Wat voegen die toe? Telers willen weten hoe ze groeien, hoe ze onkruid onderdrukken. Wij kijken in proeven op de Broekemahoeve, Vredepeel (zand) en Kollumerwaard welke groenbemesters geschikt zijn voor niet-kerende grondbewerking. Hoe doen die het tijdens de winter? Sterven ze goed af en kan je ze goed inwerken? We volgen hoe ze wortelen en wat ze met de structuur doen. Er staat voor deze winter een telersbijeenkomst aan te komen op de Broekemahoeve in Lelystad. We kunnen dan vast al veel beter zien hoe het mengsel reageert.”
Haagsma zegt dat het met name interessant is om te weten hoe een mengsel omgaat met fosfaat en kalium in de bodem. Als het voorjaar is, wil de akkerbouwer deze elementen beschikbaar hebben voor het volggewas. De onderzoekers kijken daarom hoe fosfaat en kali voor het volggewas beschikbaar komen en vooral hoe tijdig.
Plagen
Het is niet de eerste opzet van deze proeven om te zien hoe plagen als plantparasitaire aaltjes het doen op de mengsels. Haagsma stelt dat op gronden waar de aaltjes niet voorkomen de keuze aan groenbemesters ruim is en dat telers niet te angstig hoeven te zijn. Mocht er een aaltje voorkomen in de bodem en die kan vermeerderen op een soort uit een groenbemesters, dan is het volgens haar belangrijk die groenbemestersoort uit het mengsel te laten.
De mengsels kunnen een goede aanpassing zijn op een onvoorspelbaar najaar, denkt Haagsma. „Telers zien soms, afhankelijk van het jaar, dat een soort uit het mengsel wat minder doorkomt. Soms is een soort wat later, maar groeit hij toch weer goed door de bescherming van andere soorten. In andere jaren kan dat weer andersom zijn.”

Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Carina Rietema