
Stikstofbemesting bieten vraagt dit jaar extra aandacht


Allereerst adviseert het IRS telers om de adviesgift vast te stellen op basis van de Nmin. Bij het bepalen van de optimale gift, kan de stikstofapplicatie helpen.
Wanneer er sprake is van een lage Nmin-voorraad, komt het advies vaak al snel boven de norm uit volgens het IRS (de gebruiksnormen voor 2025 zijn opgenomen in Tabel 1). ‘Dat is zeker het geval als er geen nalevering uit mest of groenbemesters te verwachten is. Onderzoek resulteert zelden in een optimale gift die hoger dan 150 kilogram stikstof ligt. Het optimum wordt vaak bereikt tussen 80 en 120 kilogram stikstof. Bij een lage Nmin-voorraad is het dus niet nodig om meer dan 150 kg stikstof te geven’, aldus het IRS.
Het IRS kaart ook nog rijenbemesting aan; daarmee kan de adviesgift met 15 procent worden verlaagd. Door rijenbemesting neemt de stikstofbenutting toe.
Suikerbieten hebben de meeste stikstof nodig vanaf het zesbladstadium. Geef daarom een deel van de stikstofgift na opkomst. Stikstof die heel vroeg wordt gegeven, kan (deels) verloren gaan. Ammoniumstikstof is bij een bodemtemperatuur van 10 graden binnen twee weken omgezet naar nitraat en daarmee beschikbaar voor het gewas. Probeer wel eind mei alle stikstof te hebben toegediend.
Percelen op kleigrond komen in aanmerking voor stikstofdifferentiatie als de opbrengst in de afgelopen drie jaar boven de 75 ton per hectare lag. Een gemiddelde uitrekenen mag niet; elk van de drie jaren moet een bovengemiddelde opbrengst zijn gehaald.
N-gift verlagen
Wanneer een teler besluit om de gift wat te verlagen, kan dat volgens het IRS het beste bij een tweede gift gedaan worden. ‘Als het gewas vlot ontwikkelt en de temperaturen en vochtvoorziening gunstig zijn, is een lagere gift tot circa 20 kg stikstof te overwegen.’
Kalium en borium
Het IRS attendeert telers tot slot ook op het belang van andere voedingsstoffen. Zo moet er ook rekening gehouden worden met de kaliumbemesting. ‘Compenseren van de afvoer, circa 150 kilogram per hectare, volstaat voor suikerbieten. Op lichte grond is het ook belangrijk om uitgespoelde kalium te compenseren. Rond opkomst en het kiembladstadium is het gewas gevoelig voor zoutschade. Een combinatie van een stikstof- en kaliumbemesting kan dan voor plantwegval zorgen. Kalium kan ook voor de zaaibedbereiding of na opkomst gegeven worden. Nachtvorst kan een mooie kans bieden om schadevrij over het land te rijden.’
Telers op zandgrond kunnen aan het begin van de teelt borium toedienen om de kans op een boriumgebrek te verkleinen. ‘Vaak wordt dit gecombineerd met een natriummeststof, wat op de lichte gronden een positief effect op met name het suikergehalte heeft.’

Tekst: Renske Luimes
Renske is opgegroeid op een klein gemengd bedrijf. Bij Agrio kan ze haar grootste hobby, namelijk schrijven, combineren met haar voorliefde voor de landbouw.
Beeld: IRS
Bronnen: IRS, Agrio