NAV: zonder aanpassing randvoorwaarden boeren we achteruit
Volgens de samenstellers van het rapport is verhogen van de productiewaarde per hectare lastig voor de akkerbouwer. Er wordt op gewezen dat bouwplannen vol zitten met hoog productieve gewassen en dat de opbrengststijging per hectare afvlakt. “Omdat we minder mogelijkheden hebben om organische stof aan te voeren, boeren we achteruit.” Om een verlies aan opbrengstpotentie van de bodem tegen te gaan, is de boer bij onveranderd beleid gedwongen maatregelen nemen zoals minder intensief telen of aan de slag gaan met restgewassen.
Volgens Van Kessel zijn er voldoende organische stoffen op de markt, maar de ruimte om deze toe te passen is te beperkt. “Daarom houden wij een pleidooi richting de politiek, om iets te doen aan de randvoorwaarden.” Daarbij verwijst hij naar de opmerking van SGP-politicus Egbert Dijkgraaf, die ook in Den Haag aanwezig was. “Hij zei dat er geen enkele reden is om de normen voor deze gronden aan te passen.” Dijkgraaf pleitte ervoor dat de minister van landbouw – als die er een komt - in een volgend kabinet hiermee aan de slag moet.
Data-coöperatie
Akkerbouwers moeten meer gaan meten en gegevens verzamelen stelt de bank, onder meer over bodem, water en bemesting. “Het klopt dat wij al heel veel data verzamelen, maar die houden we veelal voor onszelf of naar een andere partij in de keten. Zoals de suikerindustrie of aardappelverwerkers”, zegt Van Kessel. Het is volgens hem beter als al die data worden verzameld op een centraal punt, dat eigendom is van de akkerbouwers. “Ik kan wel achter het idee staan dat er een data-coöperatie komt.” Het belangrijkste doel achter het uitwisselen en van gegevens moet in zijn ogen zijn dat het inkomen van de primaire sector er door verbetert. De gegevens moeten vooral niet terecht komen bij grote chemiereuzen.
Akkerbouwers moeten voldoende grond ter beschikking hebben. Volgens de Rabobank kan dat door intensieve samenwerkingsvormen met bijvoorbeeld stoppers. “Grond is in ons land heel erg duur. Voor veel akkerbouwers is het een bottleneck om die over te nemen.” Daarom ziet ook Van Kessel het wel zitten als financiers van buiten de landbouw grond aankopen en beschikbaar stellen voor de sector. Voor deze grondeigenaren kan het een vorm van duurzame belegging zijn. “En het biedt voor hen ook fiscale mogelijkheden.”
De andere kant van het verhaal is dat het stoppers aantrekkelijk moet worden gemaakt om hun gronden aan te houden. Nu moeten ze afrekenen met de fiscus. “Wat dat betreft zijn er meer wegen die naar Rome leiden.” Voldoende grond voor de akkerbouwer is belangrijk, stelt de NAV-man, zeker in een tijd waarin de druk op de grond vanwege andere mededingers (woningbouw, bedrijvenparken, infrastructuur) groot is.
Speerpunt
Maatschappelijk verantwoord ondernemen noemt Hans van Kessel een speerpunt van de NAV. “Wij gebruiken steeds minder gewasbeschermingsmiddelen. Ondanks dat we het dus beter doen, stuiten we op steeds meer weerstand. Dat dwingt ons om beter uit te leggen dat we het beter doen en dat we duurzaam bezig zijn.” Dat geldt met name voor de toepassing van gewasbeschermingsmiddelen, en in mindere mate ook voor kunstmeststoffen. Regels moeten realistisch zijn en de Nederlandse akkerbouwer wil hetzelfde ‘speelveld’ hebben als zijn collega in andere EU-landen. “Akkerbouwers willen heel veel doen, als er maar rendement gemaakt wordt.”
Om tot een breed maatschappelijk draagvlak te komen, moeten er stappen worden gezet. Een betere uitleg is primair een taak van de sector, vindt de NAV-bestuurder, al zou het mooi zijn als de overheid het zou willen faciliteren. Bijvoorbeeld in de vorm van lesmateriaal.
Afzetmix
Een intensievere samenwerking tussen telers en afnemers moet volgens de rapporteurs bijdragen aan een hoger rendement voor de keten als geheel. Hiervoor is het volgens de bank belangrijk dat dit rendement deels bij de primaire sector terecht komt, om zo de teelt van akkerbouwgewassen in Nederland zeker te stellen.
In het rapport wordt gesteld dat het voor de akkerbouwer wenselijk is om een juiste mix te vinden tussen vrije afzet en afzet in een pool en onder contract. “De markt zoals die nu in elkaar zit telt veel spelers aan de productiekant tegenover weinig spelers aan de kant van de handel. Eén front vormen is voor de producenten een lastig verhaal. Bovendien hebben we rekening te houden met de strenge Mededingingswet.” Het vormen van ketens, zoals dat bijvoorbeeld het geval is bij koolzaad (Colzaco), kan volgens Van Kessel in dit verband wel een toegevoegde waarde opleveren. “Deze moet zich dan uiteraard wel vertalen in een meerprijs voor de akkerbouwer.”
Lees meer over de Toekomstvisie Akkerbouw:
Slechts een paar politieke partijen erkennen belang akkerbouw
'Akkerbouw is van grote waarde, maar vraagt om inventiviteit'
‘Sleutel duurzaamheid akkerbouw ligt bij overheid’
Tekst: Henny Lenkens
Beeld: Fotoarchief Akkerwijzer