Gemiddelde bietenzaaidatum gelijk aan langjarig gemiddelde

Op een enkel perceel na zijn alle suikerbieten gezaaid, zegt Cosun. Hoewel de overzaai nog beperkt is, wordt uit alle gebieden melding gemaakt van muizenschade. De gemiddelde zaaidatum is 3 april. In vergelijking met andere jaren springt dit jaar het geringe verschil in zaaidata tussen de verschillende gebieden van maximaal 1 week in het oog. Zo was de gemiddelde vroegste zaaidatum in Flevoland 30 maart en werd met 6 april op de Noordelijke dal/veengronden de laatste gemiddelde zaaidata gehaald.
Opkomst
Op percelen waar het bietenzaad deels droog lag is voor wat betreft de opkomst een wisselend beeld te zien. Deze percelen hebben soms op dit moment niet meer dan 40.000-50.000 planten per hectare. Nu er afgelopen weekend voldoende vocht is gevallen, verwacht Cosun dat de niet gekiemde zaden alsnog gaan kiemen. Doorgaans is de kiemkracht voldoende sterk. Cosun waarschuwt de telers wel extra attent te zijn op tweewassigheid bij de onkruidbestrijding.
Nachtvorst
De gevolgen van eventuele nachtvorst voor de jonge bietenplantjes zijn niet te voorspellen. Cosun kan geen enkel ander advies geven dan het gewas goed te volgen. Allereerst is het afwachten of de temperatuur aan de bodem werkelijk tot -5 of -8 graden zal dalen. De bodem bezit gelukkig een redelijke temperatuur boven nul. Een vochtige bodem heeft de mogelijkheid om zijn temperatuur ‘s nachts bij vorst af te geven. Hopelijk is dit voldoende om het bietenplantje te beschermen. Plantjes welke net boven komen zijn het meest kwetsbaar. Het IRS adviseert bij gemelde nachtvorst om zeker niet te gaan schoffelen. Schoffelen brengt meer lucht in de grond, waardoor de lucht vlak boven de grond sneller afkoelt. Ook adviseert het IRS om vlak voor of tijdens een vorstperiode geen herbicidenbespuiting uit te voeren. De bietenplanten worden daarmee gevoeliger voor vorstschade. De bespuitingen mogen pas worden hervat nadat het een etmaal niet gevroren heeft en er geen vorst meer wordt verwacht.