Kamer debatteert over glyfosaatvoorstel dat er nog niet is
Vooral de linkerkant van de Kamer ageerde tegen een nieuwe verlenging van het gewasbeschermingsmiddel. De Europese voedselveiligheidsautoriteit EFSA heeft weliswaar geoordeeld dat glyfosaat niet kankerverwekkend is, maar Esther Ouwehand stelde de betrouwbaarheid van dat instituut in twijfel, want voor haar staat buiten kijf dat glyfosaat wel kanker en grote milieuschade veroorzaakt. Zij wil daarom dat Nederland niet blindelings de conclusies van de EFSA volgt. De PvdD is tegen een nieuwe toelating van tien jaar. Ook GroenLinks en D66 volgen dat pad; Rik Grashoff van GroenLinks pleitte ervoor om het middel zo snel mogelijk af te bouwen en Frank Futselaar (SP) vond het tijd voor een volledig Europees verbod van RoundUp. In ieder geval was een nieuwe toelating voor tien jaar onbespreekbaar, vond hij.
Te vroeg voor een glexit
Maar dat voorstel ligt er nog niet. De Commissie heeft nog geen besluit genomen en nog geen voorstel gedaan voor de toelating van glyfosaat. Maurits von Martels (CDA) vond een debat over het EU-voorstel dan ook voorbarig, zolang dat voorstel er nog niet is. „Als politici moeten wij niet op de stoel van wetenschappers gaan zitten”, stelde hij. „Wij hebben instituten ingesteld om wetenschappelijk onderzoek te doen naar de gevaren. Dat is voor mij bepalend.”
Volgens Von Martels ging het debat vooral om het vertrouwen in de instituties, die de politiek zelf heeft ingesteld. Politici die de adviezen van die instituties in de wind slaan, of niet afwachten, voedt dat het wantrouwen van de samenleving in die instituties. „De mogelijke schade is afbreuk van geloofwaardigheid van onze instellingen, die we hebben gebouwd om onze samenleving te beschermen”, pleitte hij. Hij vond het daarom veel te vroeg voor een ‘glexit’.
Stap voor stap
Staatssecretaris Van Dam zat op de lijn van het CDA. Hij schetste de stap-voor-stap-benadering waarmee de toelating van glyfosaat wordt behandeld, om tot een zorgvuldige conclusie te komen. “Het is van groot belang dat we die stappen volgen en dat we dat zorgvuldig doen”, zei hij. Hij schetste hoe Duitsland, als rapporterende lidstaat, eerst een beoordeling heeft gemaakt van de wetenschappelijke studies, en hoe vervolgens EFSA en de andere lidstaten daarop hadden gereageerd. „En nu is het aan de Commissie om alles wat er ter tafel ligt, te wegen en te komen tot een voorstel.”
In dat voorstel staat niet enkel of en voor hoe lang de toelating van glyfosaat wordt verlengd, maar ook op welke gronden dat gebeurt, welke overwegingen de Commissie daarbij heeft gemaakt. Dat voorstel wordt vervolgens in de verschillende lidstaten beoordeeld. In Nederland gebeurt dat eerst door het CTGB, waarna de Kamer en het kabinet over die conclusies debatteren. De uitkomst van dat debat neemt de staatssecretaris dan weer mee Europa in. Het is een zorgvuldig proces, stelde Van Dam, en nu al een positie innemen zou dat verstoren.
Hij kon de Kamer niet overtuigen. GroenLinks, D66 en de PvdD dienden moties in om glyfosaat geheel uit te bannen, of om het hooguit met drie respectievelijk één jaar te verlengen. De ChristenUnie kon nog wel leven met een verlenging van tien jaar, maar wil de mogelijkheid inbouwen van een tussentijdse aanpassing van de toelatingsperiode. De staatssecretaris ontraadde al deze moties, omdat hij nog geen standpunt wil innemen voordat de Commissie haar voorstel heeft gepresenteerd.
Stemming over de moties volgt dinsdag.