Droog voorjaar in Vlaanderen landbouwramp

Het KMI heeft geconstateerd dat het van 1 april tot 30 juni in 150 Vlaamse gemeenten om een uitzonderlijke situatie ging. In eerste instantie signaleerde het metreologisch instituut dat het voorjaar van 2001 en 2011 nog droger was tussen 1 mei en 15 juni. Toen viel er nog minder neerslag in diezelfde periode. Vervolgens nam het KMI een iets ruimere periode onder de loep (1 april - 30 juni) om te constateren dat voor die langere periode wél sprake is van een uitzonderlijke droogte. Op basis van een terugkeerperiode van twintig jaar zijn 150 Vlaamse gemeenten door een uitzonderlijke situatie getroffen. Volgens Vilt.be is dit voor de Vlaams minister van Landbouw Joke Schauvliege aanleiding de procedure voor het Vlaams Landbouwrampenfonds op te starten.
Schade meer dan 5.580 euro
Landbouwers kunnen de geleden droogteschade doorgeven aan de gemeenten waar hun percelen gelegen zijn. Wanneer de totale schade hoger ligt dan 1,24 miljoen euro en wanneer de gemiddelde schade per dossier meer dan 5.580 euro bedraagt, kan er volgens Vilt.be sprake zijn van een erkenning als landbouwramp. Met de eerste afwijzing door het KMI in gedachten, roept het Algemeen Boerensyndicaat op om de criteria voor de erkenning van een landbouwramp grondig bij te sturen. Volgens ABS is dat nodig om te kunnen inspelen op extreme weersfenomenen en de erbij horende calamiteiten in land- en tuinbouw.