‘Uien moeten voor 15 september achter de planken liggen’

Uien moeten voor 15 september achter de planken liggen, is een oude wijsheid. Maar de laatste jaren verschuift dat moment meer en meer naar achteren. Veel telers lijken er van overtuigd te zijn dat later oogsten automatisch betekent dat de opbrengst hoger zal uitvallen. „Iedereen wil 70 ton uien per hectare hebben. In Flevoland is dat al lang realiteit, maar hier in het Zuidwesten nog niet”, zegt Luc Remijn van het Uien Innovatie- en Kenniscentrum (UIKC), een samenwerking van Delphy en proefboerderij Rusthoeve.
Met het beeld van die 70 ton op hun netvlies hebben ze geen oog meer voor de vraag of later oogsten wel daadwerkelijk leidt tot een hogere opbrengt, zegt Kees Hoogzand van Hoza Zaden. Hij is er van overtuigd dat vroeg rooien loont. De uien van Hoza worden gerooid als het loof nog voor minstens de helft groen is. „Veel telers vinden dat veel te vroeg. Maar ik weet dat er in de bruto-opbrengst praktisch geen verschil zit. Sterker nog: het kan zelfs in de netto-opbrengst naar je toe komen.”
Vicieuze cirkel
Telers verliezen de keerzijde van een late oogst uit het oog, meent Remijn. Later oogsten betekent altijd meer oogstrisico’s. Slechte rooiomstandigheden, een kleinere kans om uien goed te kunnen drogen en daardoor een grotere kans op uien van slechtere kwaliteit. Daarnaast kom je in een vicieuze cirkel terecht: later oogsten van diverse gewassen betekent dat je steeds later in het najaar terechtkomt met de vervolgwerkzaamheden. In een najaar zoals 2016 is er niet veel aan de hand, maar het najaar van 2014 kunnen velen zich nog herinneren. Gemodder laat in het najaar geeft een slechte basis voor het jaar erop. Een ongewenste ontwikkeling, meent het UIKC.
Lees het uitgebreide interview met Hoogzand en Remijn in het vakblad Akkerwijzer van zaterdag 19 augustus, waarin volop aandacht wordt besteed aan de Landelijke Uiendag