Techniek opbrengstmeting tijdens dorsen vraagt om vervolg

Steeds meer maaidorsers zijn met opbrengstmeting uitgerust. Nieuwe maaidorsers hebben het af fabriek en de verkoop van achteraf opgebouwde systemen gaat niet snel, maar wel gestaag. De toenemende belangstelling voor precisielandbouw zorgt voor een versnelde toename van het aantal systemen.

Gegevens corrigeren op een geer

De gegevens van de opbrengstmeting kunnen worden gekoppeld aan de plaatsbepaling van gps. Zo kunnen er opbrengstkaarten worden gemaakt van een perceel. En, net zo belangrijk om goede gegevens te krijgen, op deze manier wordt rekening gehouden met de daadwerkelijke maaibreedte, bijvoorbeeld in een geer. Als daar op de halve werkbreedte wordt gemaaid, is de opbrengst omgerekend naar tonnen per hectare niet half zo laag. Het gps-systeem constateert dat de helft van de werkbreedte al bewerkt is en corrigeert daarvoor.

Een opbrengstkaart is pas het halve werk. Want de meeste akkerbouwers weten precies welk deel van het perceel het minst opbrengt. Het doel is om iets met de metingen te doen. Eventueel door eerst vervolgonderzoek te doen, bijvoorbeeld met een bodemscan. Maar een andere mogelijkheid is om in de vervolgbewerking rekening te houden met de opbrengstpotentie. Bijvoorbeeld door minder te bemesten. Of meer. Of door ruimer te zaaien, of juist dichter. Het goede oog van de manager blijft vooralsnog nodig.

Lees het volledige artikel in het vakblad Akkerwijzer dat zaterdag 19 augustus is verschenen