Voortvarend begin monsteronderzoek pootaardappelen NAK
In lijn met 2016
De buitendienst van de NAK is ook deze week volop bezig met het bemonsteren van pootaardappelen. De voortgang hangt mede samen met de weersomstandigheden, die geschikt moeten zijn om te rooien. Het aantal bemonsterde knollen tot en met week 34 (circa 300.000) ligt in lijn met het aantal van 2016. In 2015, toen de bemonstering later werd ingezet, waren in week 34 nog geen 100.000 knollen bemonsterd. De bemonsteringsperiode eindigt half november.
Verplicht onderzoek
Als aanvulling op de visuele inspecties, veldkeuring en partijkeuring zijn telers verplicht om hun pootgoed via laboratoriumonderzoek te laten testen. Het gaat onder andere om bruinrot, ringrot en virusziekten.
NAK heeft de eerste bruinrot- en ringrotonderzoeken van 2017 afgerond en ook zijn de eerste virusresultaten bekend. Vooralsnog is dit onderzoek voortvarend begonnen (zie grafiek), want in 2016 werd dit een week later ingezet en in 2015 zelfs twee weken later.
Pootgoedteelt
In Nederland, waar de omstandigheden zeer gunstig zijn voor de teelt van pootaardappelen, produceren volgens NAK jaarlijks ruim 1.600 telers circa 950.000 ton pootgoed. Van dit volume wordt ongeveer 70 procent geëxporteerd. NAK ziet erop toe dat het teeltmateriaal aan de gestelde eisen van gezondheid, raszuiverheid en kwaliteit voldoet. Voor de veldkeuring hadden telers dit jaar in totaal 41.117 hectare pootaardappelen aangemeld.
Gezond materiaal
In vergelijking met voorgaande jaren staan de pootaardappelen van 2017 er gezond bij, zo liet NAK al in juli weten. Het aantal afkeuringen en klasseverlagingen, een heldere graadmeter, vormde de bevestiging. In juli had NAK slechts 0,9 procent van het areaal afgekeurd voor pootgoed en de 8,1 procent verlaging in klasse was ook relatief laag. Het contrasteert sterk met 2016, toen op hetzelfde tijdstip 2,6 procent van het areaal was afgekeurd en 15,5 procent in klasse was verlaagd.
Tekst: Henny Lenkens
Beeld: NAK