‘Bewustwording is het beste wapen tegen AM’
Doel van het plan van aanpak, dat vorig jaar van start is gegaan, is de verspreiding en de ontwikkeling van AM-populaties te vertragen zodat de aardappelteelt in het gebied gecontinueerd kan worden. „Dat is van groot belang voor het zetmeelaardappelgebied, omdat hier niet veel alternatieven zijn. Maar in feite is het belangrijk voor de hele aardappelteelt”, stelt Dirk Jan Beuling. De werkelijke oplossing moet komen uit rassenveredeling. „Onze aanpak moet tijdwinst opleveren voor de veredeling.”
Inundatie van tarragrond
In het eerste jaar zijn onder meer proeven gedaan met inundatie van tarragrond: zeefgrond die aan het eind van het bewaarseizoen uit de schuur komt. Tevens konden telers van TBM-pootgoed vorig jaar hun percelen laten beoordelen op de AM-situatie. Het goede nieuws was dat van de onderzochte percelen 60 procent niet aantoonbaar besmet bleek te zijn, maar daarentegen had 5 procent van de percelen een zware tot zeer zware besmetting.
De bestrijding van aardappelopslag wordt een speerpunt dit jaar. „Afgelopen jaar zag ik weer veel bietenpercelen met opslagplanten. Dat is een treurige zaak, fytosanitair gezien.” Preventie, dus zoveel mogelijk voorkomen dat er knollen na de oogst op het land achterblijven, is belangrijk.
Lees het volledige interview met Beuling in de Veldpost, Vee&Gewas en Stal&Akker van zaterdag 3 maart