Fotoserie: Foto's: Deense en Zweedse telers bijgepraat over graszaad
Volgens Global Production Coordinator Helmig Spijkerboer telen zo'n 190 Deense en Zweedse boeren graszaad voor Barenbrug. „We zijn daar in 2001 gestart en hebben daar nu 5 teeltadviseurs die alles coördineren en begeleiden.” In Denemarken wordt specifiek voor Barenbrug op 8.500 hectare graszaad geteeld, met een zaadopbrengst van ruim 10.000 ton. De totale Deense graszaadproductie omvat zo'n 70.000 ha.
Rendement versus liefhebber
Waarom is graszaadteelt zo typisch Deens? Spijkerboer: „Denemarken heeft net zoals Nederland een zeeklimaat. Ideaal voor de vroege en middentijdse rassen. De boerenbedrijven in Denemarken zijn qua omvang met gemiddeld zo'n 400 tot 600 hectare vrij groot. De gewasrotatie is vrij simpel. Ze telen veelal graan - wintertarwe of zomergerst - samen met graszaad in onderzaai. Meestal veldbeemd, rietzwenk, fors roodzwenk of Engels raaigras. Zo kunnen ze met één werkgang twee of zelfs drie jaar oogsten. Daarna gaan ze weer terug naar koolzaad.” Graszaadteelt geeft in deze gewasrotatie vaak het beste financiële rendement.
En daar waar de gemiddelde Deense graszaadteler volgens Spijkerboer vooral voor financieel rendement gaat, heeft de Nederlandse teler naast financieel rendement ook focus op de bodemverbeterende effecten van de graszaadteelt. „Daarnaast zijn Nederlandse graszaadtelers echte liefhebbers, want goede graszaadteelt kan niet zonder vakmanschap.”