Haarlemmermeer: ‘De polder wordt steeds kleiner’

Klaasse Bos verbouwt in het noorden van de Haarlemmermeer, hemelsbreed 300 meter van Schiphol, consumptieaardappelen, zaai- en plantuien, suikerbieten en tarwe. De grond varieert van lichte tot zware klei en is 15 tot 70 procent afslibbaar. De grond vraag wel steeds meer om organische stof en mineralen om de bodem in conditie te houden, maar qua opbrengsten kan de Haarlemmermeer redelijk goed meekomen met het landelijk gemiddelde, zegt hij.

Ter illustratie: in 2017 oogstte de akkerbouwer gemiddeld 10 ton tarwe van een hectare en werd 100 ton netto bieten van een hectare gehaald met een gemiddeld suikergehalte van 16,7 procent. Hij heeft één perceel dat wat gevoelig voor verzilting is. „Verzilting is een aandachtspunt. Dit is een zoute polder en met alle bebouwing kan hier zomaar een kwelprobleem ontstaan.”

Wateroverlast als gevolg van verstedelijking

Een ander probleem dat door verstedelijking wordt veroorzaakt, is wateroverlast in natte perioden. Het water kan bij veel regen of piekbuien door gebrek aan waterberging in het stedelijke gebied niet weg, waardoor het slootwaterpeil in het landelijke gebied snel stijgt, aldus Klaasse Bos. „Binnen vijf minuten ligt het water in de sloot. Je hebt er twee keer last van: de drainage komt onder water te liggen en het wordt natter op het land. We hebben hierdoor vorig jaar schade gehad in de aardappelen en uien. Ik vind dat het Hoogheemraadschap van Rijnland de pompcapaciteit moet aanpassen aan de bebouwing. Daar wordt onvoldoende rekening mee gehouden.”

Lees het volledige artikel in het vakblad Akkerwijzer dat zaterdag 16 juni verschijnt