Brexit: bedrijven moeten zich op het ergste voorbereiden
De onderhandelingen met Groot-Brittannië over de Brexit gaan stroperig, en het is nog niet duidelijk of het land uiteindelijk een handelsovereenkomst sluit met de EU of niet. Maar, waarschuwde Carola Schouten, die de bijeenkomst donderdag opende, elk scenario zal gevolgen hebben.
Meer grenscontroles en langere wachttijden
Zelfs als er een handelsovereenkomst komt, zal er een grens liggen tussen het VK en de EU. Dat betekent meer grenscontroles en langere wachttijden. Het ministerie bereidt zich daarop voor, vertelde Schouten. De NVWA werft nu al zo’n 1350 extra dierenartsen om dieren te kunnen keuren voor de export naar het VK. Ook probeert ons land douane-procedures af te spreken met de Britten. Maar het gaat niet makkelijk. „We doen wat we kunnen, maar bij afspraken heb je twee partijen nodig”, vertelde Schouten. „Er is veel te doen in korte tijd, maar we hebben er geen zicht op of de urgentie in Groot-Brittannië ook zo wordt gevoeld.”
De andere mogelijkheid is een ‘cliff edge’ scenario, waarbij de twee partijen geen overeenkomst bereiken. Dat heeft grotere gevolgen. De rompslomp bij de douane en wachttijden bij de grens zullen groter zijn, productstandaarden zullen op termijn meer uit elkaar gaan lopen, en er zullen importtarieven komen. „En dat kan ook kleine bedrijven raken die niet met het Verenigd Koninkrijk handelen“, waarschuwde de minister. „Als andere bedrijven in de keten dat wel doen, kan dat effect hebben op de hele keten.” Als die exporteurs bijvoorbeeld de oorsprong van hun producten moeten aantonen, kan dat tot meer administratie in de hele keten leiden.
Schouten adviseerde bedrijven daarom om na te gaan hoe zij geraakt kunnen worden door de Brexit - hetzij direct, hetzij via indirecte effecten in de keten. „Hoop daarbij voor het beste, maar bereid je ook voor op het ergste”, adviseerde zij.
Effecten Brexit nu al voelbaar
„De effecten van Brexit zijn nu al voelbaar”, vertelde LTO-voorzitter Marc Calon daarna. Door de koersdaling van het pond zijn Nederlandse producten duurder geworden voor de Britse consument, meldde hij. Daarnaast drukt het Verenigd Koninkrijk, dat traditioneel eenzelfde liberale marktbenadering heeft als Nederland, geen stempel meer op de onderhandelingen over het nieuwe GLB. Daardoor mist Nederland een belangrijke medestander in de discussies met meer protectionistische landen in Oost- en Zuid-Europa.
Maar als de Brexit een feit is, zullen die effecten groter zijn, voorspelde de LTO-voorzitter. Zeker als het VK en de EU geen overeenstemming bereiken over gezamenlijke marktstandaarden. „Groot-Brittannië heeft altijd een traditie gehad van goedkoop voedsel, en lage standaarden”, vertelde Calon. „In Nederland produceren we juist voedsel van hoge kwaliteit, en concurrentie op prijs zal moeilijk worden.”
Dat wordt nog versterkt als de tariefmuren om Groot-Brittannië vallen, voorspelde Rabobank-analist Harry Smit. En dat gebeurt als het VK en de EU geen vergaand handelsverdrag kunnen afsluiten. Op dit moment zit Groot-Brittannië nog achter de tariefmuren van de Europese Unie en hanteert het de kwaliteitsstandaarden van die Unie. Dat geeft andere EU-landen een concurrentievoordeel op de Britse markt. Maar dat voordeel zal verdwijnen als er geen handelsovereenkomst komt, en EU-landen zullen dus scherpere concurrentie ondervinden van landen als bijvoorbeeld de VS, Nieuw-Zeeland en de grote Zuid-Amerikaanse voedselexporteurs.