Column: Zwarte pieten
Wat moeten wij dan als boeren. Als lomp gedrag met “wat een boer” wordt betiteld en het woord “boerenlul” gemeengoed is. Of moeders die na de melk hun kleintje “een boertje” moeten laten doen.
Wij hebben wel wat beters te doen voor de Tweede Kamer. Mestwet, vogelgriep, melkvee wet en zo kunnen we nog wel even doorgaan. We zijn juist trots op ons boer zijn, onze boerderij en het platteland. Dat willen we ook graag zo houden.
Ik erger me aan directeuren die neerbuigend een zaal vol agrariërs toespreken. Al onze kennissen buiten de landbouw praten nooit over domme boeren (tenminste, niet waar we bij zijn). Wel hoor je dat nog weleens in eigen kring, vooral bij oudere collega's. Dat zit tussen de oren, daar is geen reden voor, dat moet eruit.
Boeren zijn populair geworden in reclamespotjes en tv-programma's. Karrenvrachten vol brieven komen binnen bij “Boer zoekt vrouw”. Velen met een romantische blik op boerderij en platteland.
Of wij nu agrariërs, aardbolstoffeerders of voedselproducenten worden genoemd, boer willen we blijven en daar zijn we trots op.
In de sport hoor ik zwarte mensen vaak zeggen dat zij atletischer, sterker en dus beter zijn. Hoe dan ook; negers blijven zwart. Daar kunnen ze trots op zijn.
En laat zwarte Piet maar gerust met een zwart gezicht een pakje komen brengen.
Henk Nienhuis