Column: Noten schieten op posten
We spelen om geld: elke noot heeft de waarde van een stuiver. Het geld dat er bij staat, wordt ook verrekend. De maximale inzet is begrensd, anders wordt het een wildeboel: vroeger een gulden, nu vijftig cent.
De noten staan in een rechte lijn op naad van twee posten. Die benaming liet ik ook een keer vallen. Niemand van de jongere generatie kende dat woord, laat staan het gebruik ervan op de boerderij vroeger.
Posten gebruikten we bij het verschepen van onze landbouwproducten naar de fabriek. Onze aardappelen gingen door het Oranjekanaal naar de fabriek in Oranje of Nieuw Buinen, de suikerbieten gingen naar Groningen. Die aardappels en bieten gooiden we met de vork op wipkarren en daarna met paarden naar het kanaal. Vanaf de wal lagen er drie dikke brede balken (posten) op het schip, precies op de spoorbreedte van de drie houten wielen van de wipkarren. Die karren werden met man en macht op het schip boven het ruim geduwd en leeggekiept. Dat al die producten door handwerk bij de fabriek kwamen, is op zich al onvoorstelbaar bij de jeugd.
Dat noten schieten op die posten is op onze boerderij ontstaan, omdat we nog lemen vloeren in de schuur hadden. Die waren lang niet vlak, zaten vol kuilen. Een vlakke baan is voor het noten schieten een vereiste. Toen werd bedacht dat we daar mooi die posten voor konden gebruiken.
Prachtig toch, dat die oude gebruiksvoorwerpen voor zo’n oud spel nog steeds gebruikt worden. En nu wordt doorgegeven aan kinderen van vier. Tradities in stand houden en doorgeven, dat is ons motto.
Henk Nienhuis