
Groenbemester gezaaid in augustus effectief tegen aaltjes

De laatste groenbemesterszaaikalender dateert uit 2003. Volgens aaltjesdeskundige Leendert Molendijk is het ondertussen mogelijk bij veel groenbemesters twee weken later te zaaien dan in de oude versie van 2003. Dat blijkt uit de gegevens die zaadfirma's beschikbaar hebben gesteld aan het onderzoek.
Aaltjesonderzoeker Johnny Visser bevestigt dat het goed mogelijk is de aaltjesonderdrukkende werking te hebben van een groenbemester, als half augustus gezaaid wordt. Hij zegt dat het dan goed mogelijk is na een vroeg gedorst graangewas of na bloembollen een gewas tagetes (Afrikaantjes) in het bouwplan op te nemen. Doet de teler dat eens in de vier tot acht jaar, dan werkt dat lang na in de zetmeelaardappelgewassen die volgen, zo blijkt uit proeven in de Veenkoloniën. Een vergelijkbaar effect op het aaltje Pratylenchus penetrans verwacht Visser in de consumptieaardappelen op de lichte zuidoostelijke zandgronden.
Het langetermijneffect van tagetes is bruikbaar en financiëel aantrekkelijk voor de telers. Bij lelietelers ziet Visser dat ze Vydate steeds vaker ingeruild hebben voor tagetes. Zetmeeltelers kunnen een graangewas inruilen voor tagetes en financiëel daaraan overhouden, zegt de onderzoeker.
Geslaagd
Telers noemen een groenbemester vaak geslaagd als het gewas bovengronds groot is. Volgens onderzoeker Derk van Balen is vooral de ondergrondse ontwikkeling van belang voor het succes van de teelt. „Een gele mosterd van 40 centimeter is vaak een prima geslaagde groenbemester. Kijk vooral in de grond.”
Eenmaal in september neemt het effect van groenbemesters als aaltjesbestrijders snel af. Dat hangt samen met twee zaken: de aaltjes kruipen dieper in de bodem en de groenbemester ontwikkelt zich veel minder.

Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes