Spelen met meer variabelen voor op peil houden organische stof
Als een bouwvoor van 25 centimeter ruim 3 procent organische stof bevat, is dat voor een hectare grofweg 100.000 kilo. Organische stof die na een jaar overblijft in de grond, na toediening van mest of uit andere bronnen, noemen we Effectieve Organische Stof. Compost laat meer dan de helft van deze EOS over na een jaar, varkensdrijfmest verteert grotendeels in een jaar. Het maakt dus nogal uit welke bron voor organische stof de akkerbouwer inzet, als het doel voor de jaren erna een verhoging van de organische stof in de bodem is.
De Haan zegt dat organische stof zeker een waarde heeft. Op het proefbedrijf in Vredepeel leverde meer aanvoer van organische stof een bijdrage aan de opbrengsten. In een bouwplan met daarin de hoogsalderende gewassen peen en prei becijferde het onderzoek een ‘waarde’ voor een kilo organische stof van ongeveer 75 cent. Tijdens de bijeenkomst van Focus on Farming, deze week in Wageningen, vroegen telers hoe die waarde zou zijn in een wat extensiever bouwplan. De Haan gaat dan toch wel uit van 20 tot 25 cent. De waarde in een graanteelt is daarin misschien een paar centen, maar in aardappelen gaat het wel om dubbeltjes per kilo aangevoerde effectieve organische stof. Op Vredepeel bleek een hogere aanvoer van organische stof te leiden tot 3.000 kilo meer vermarktbare aardappelen per hectare.
Vorm van aanvoer
De Haan toonde bij zijn presentatie vier verschillende aanvoermogelijkheden van dezelfde hoeveelheid EOS. Allemaal leverden ze een dikke duizend kilo EOS op. Een geslaagde groenbemester, 5 ton stro hakselen, 40 ton varkensdrijfmest of 6 ton compost staan allemaal op ongeveer gelijk niveau.
Jaarlijks breekt er ongeveer 2 procent, rond 2.100 kilo, organische stof af per hectare. Er zijn dus meerdere vormen van aanvoer nodig om de organische stof op peil te houden. Ook de klimaatverandering zal van invloed zijn. „Als de temperatuur 2 graden stijgt zal de afbraak iets sneller gaan. Opslag van koolstof in de bodem is de laatste tijd meer in het nieuws. De klimaatverandering maakt dat dus extra moeilijk”, zegt De Haan.
Gehaltes reageren heel traag op teeltmaatregelen. In langlopend onderzoek van 12 of zelfs 30 jaar zijn maar heel kleine verschillen van ten hoogste enkele tienden van procenten te zien in organische stof.
Grote effectverschillen
Op basis van de maximaal aan te voeren hoeveelheid fosfaat kan een teler zes keer zoveel EOS aanvoeren met runderdrijfmest als met varkensdrijfmest. Vaste mest en compost zijn nog effectiever. Toch zal de teler een combinatie nodig hebben van de aanvoermogelijkheden om genoeg bij te dragen aan organische stof in de bodem. Groenbemesters, stro, gewasresten en compost zijn hun prijs waard in de teelt. De Haan becijfert dat een ton vaste mest bijvoorbeeld 53 euro waard kan zijn en compost of stro 90 euro per ton. Met 7 euro per ton is varkensdrijfmest veel minder waardevol voor de opbouw van EOS en geslaagde groenbemesters leveren een waarde van wel 400 euro.
Gewasresten zijn heel verschillend in hun bijdrage aan de organische stof. Aardappelen en maïs dragen weinig bij, suikerbieten iets meer en graan nog beter.
In de discussie over het klimaat verwacht De Haan zeker een dilemma als het gaat om de koolstofaanvoer voor de bodem. De beperking in de mestruimte zal afgewogen moeten worden tegen de opslag van koolstof bij een hogere aanvoer van organische stof.
Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes