60 Procent van akkerbouwers runt een klein bedrijf
Pierik lichtte deze cijfers toe tijdens Nationaal Economisch Landbouw Congres, gisteren in Amersfoort. Pierik concludeerde ook dat de schaalvergroting in de akkerbouwsector afneemt. „Een akkerbouwer bewerkte in 2018 43,3 hectare, evenals in 2016 en 2017. In het jaar 2000 was de oppervlakte nog 33,5 hectare. Je ziet dus dat deze toename in hectare stabiel blijft.”
Akkerbouwers in de provincie Groningen hebben gemiddeld de grootste oppervlakte akkerbouwgrond in handen. In 2018 waren er 2 landbouwgebieden met meer dan 80 hectare akkerbouwgrond onder het bedrijf.
Kringlooplandbouw en verduurzaming
Volgens Pierik zijn de blijvers in de sector niet de grootste, de meest gespecialiseerde of de meest extensieve bedrijven, maar bedrijven die zich het beste weten aan te passen en de kracht in het bedrijf optimaal benutten. „Schaalvergroting, specialisatie en intensivering zijn niet meer vanzelfsprekend. Kringlooplandbouw en verduurzaming spelen een steeds grotere rol.”
De inkomsten per arbeidsjaar zijn in de akkerbouwsector gedaald in 2018 en komt uit op 38.000 euro. Zetmeelaardappeltelers verdienden gemiddeld 22.000 euro. Sectorbreed was de daling van het inkomen 11 procent ten opzichte van 2017 en lag het inkomen uit het bedrijf per onbetaalde arbeidsjaareenheid op 42.000 euro. De regionale verschillen zijn groot door de droogte. Volgens Linda de Bie van Wageningen University & Research Akkerbouw zorgde de droogte voor een lagere productie voor meeste gewassen.
Tekst: Agrio
Beeld: Susan Rexwinkel