Beemster en Schermer: droogmakerijen met toekomstperspectief
Onder leiding van Jan Adriaanszoon Leeghwater werd in 1612 de Beemster en in 1635 de Schemer drooggelegd. Dit waren private ondernemingen met vaak een dubbel doel: enerzijds vormden de grote meren een be-dreiging voor de omliggende steden, anderzijds gaf de drooglegging nieuwe vruchtbare landbouwgronden, die konden worden verpacht. Het land werd ingedeeld in rechthoekige kavels volgens een geometrisch patroon.
Op deze vruchtbare gronden boeren de vierde en vijfde generatie Brouwer op een akker- en tuinbouwbedrijf van ruim 80 hectare in Schermerhorn. Loek (59) en Jan (31) Brouwer verbouwen 25 hectare rode en witte kool, 20 hectare aardappelen 12,5 hectare knolselderij en 25 hectare graan op middelzware kleigrond, 35 tot 55 procent afslibbaar. „We zitten in de drogere hoek in Noord-Schermer, met goed dragende grond en een laag waterpeil”, zegt Jan Brouwer. „We kunnen hier prima uit de voeten met onze gewassen.”
Lees het volledige artikel in het vakblad Akkerwijzer dat zaterdag 22 december verschijnt
Beeld: Ellen Meinen