NAV: hoog tijd voor modernisering contractvoorwaarden voor aardappelen
Voor een toekomstbestendige aardappelteelt is het van groot belang dat de teler een voor hem renderende prijs krijgt. Daarom is het volgens de NAV 'volstrekt logisch dat de productiekosten voor de teler het uitgangspunt zijn voor de contractprijs'. Hierdoor zullen die telersprijzen ongeveer 5 cent hoger moeten worden dan nu, stelt de vakbond.
In droge jaren, zoals vorig jaar, waarin beregenen echt nodig is, moet de contractprijs ook met die kosten worden aangepast, vindt de NAV. „We hebben laten zien dat dit nauwelijks invloed heeft op de verkoopprijs van de aardappelen en de aardappelproducten in de winkel. Die ruimte is er dus wel.”
Kostprijs afgelopen jaren sterk gestegen
De kostprijs voor de teelt van consumptieaardappelen is in de afgelopen jaren sterk gestegen, zo blijkt uit berekeningen van de NAV-Werkgroep Consumptieaardappelen (WCA). De kale kostprijs per kilo lag voor het jaar 2010 op 13,2 eurocent, voor dit jaar ligt deze op 16,7 eurocent. Hierbij is gerekend met prijzen exclusief BTW, aardappelen die op klei zijn geteeld en uit de schuur geleverd begin april. De NAV houdt voor de reële opbrengstprijs (verkoopprijs) een marge aan van 15 procent voor het risico dat de teler loopt. „Als we die marge hanteren en verder dezelfde condities, dan komen we voor 2010 op 15,1 eurocent en voor 2019 op 19,2 eurocent”, aldus de akkerbouwvakbond.
De NAV hoopt dat in 2019 een begin gemaakt wordt met een rendabele aardappelteelt voor alle schakels in de keten. „Het is tenslotte ook voor de industrie van belang dat er continuïteit in de grondstofvoorziening is. Die wordt het beste gewaarborgd door een renderende teelt.” Het zou volgens de akkerbouwvakbond beter zijn om in de competitie met andere aanbieders niet te streven naar ‘het putje van de markt’ maar juist richting afnemers, zoals de retail.