Calon: Harde Brexit niet op boeren afwentelen

De Britse premier Theresa May heeft een aanzienlijke nederlaag geleden toen haar voorstel voor een Brexit-deal massaal werd weggestemd in het Britse lagerhuis. Daarmee is de kans op een harde Brexit flink toegenomen. En dat heeft gevolgen voor de landbouwsector.

Het Verenigd Koninkrijk is de vierde afzetmarkt voor Nederlandse landbouwproducten, na Duitsland, België en Frankrijk. Zo’n 9 procent van de totale Nederlandse agrarische export vindt zijn weg daar naar toe. Bij een harde Brexit wordt Nederland flink getroffen. Een rapport van Wageningen Universiteit & Research laat zien dat de schade zo’n 500 miljoen euro zal zijn, oftewel 2 procent van de totale agrarische productiewaarde. Het verlies wordt vooral veroorzaakt door de lagere prijzen, als Europese producten die eerst naar Groot-Brittannië gingen, nu in de rest van de EU moeten worden afgezet.

Vooral de export van pluimvee- en rundvlees en van zuivel naar het VK nemen af, schrijven de experts van de WUR. De uitvoer van varkensvlees en tomaten neemt juist iets toe, omdat Nederland hier prijsconcurrerend is.

Het gevaar dreigt dat de onzekerheid over de Brexit omslaat in chaos, denkt LTO-voorzitter Marc Calon. En dat moet worden voorkomen. „Verse groente en bloemen kun je niet een dag in een truck voor de grens laten staan", waarschuwt hij. „De handel met het VK moet door kunnen gaan. Het heeft grote financiële gevolgen voor individuele boeren en tuinders als ons derde exportland van de ene op de andere dag praktisch onbereikbaar is. De sector bereidt zich daarop voor, maar het kabinet moet ook klaar staan. Het mag niet zo zijn dat de impact van een harde Brexit op de boeren en tuinders wordt afgewenteld. Dan gaan er ondernemers, veelal gezinsbedrijven, omvallen."

Tekst: Wim van Gruisen

Zoon van een Zuid-Limburgse pluimveehouder met eigen slachterij, geschoold als econoom. Sinds 2011 in dienst van Agrio, waar hij artikelen schrijft voor de regio- en vakbladen en de Agrio-websites. Zijn focus lag aanvankelijk op landbouweconomie, tegenwoordig vooral op de Haagse en Brusselse politiek.