Spoed is nodig voor alternatief chloor-IPC

Vroeger zetten de mensen van proefbedrijf Westmaas regelmatig uien, knolselderij of witlof in onze proefbewaarcellen, vertelt bedrijfsleider Marcel Tramper. „Zelfs aardbeien hebben er gestaan. Maar nu zijn het al jaren aardappelen. Het heeft met het verdwijnen van chloor-IPC te maken. Vertegenwoordigers van middelenproducenten zeggen dat ze in het buitenland al veel vragen krijgen over mogelijke alternatieven voor dit middel. De Nederlandse teler denkt waarschijnlijk: ‘Ik zie wel verder als het verdwijnt’. Ik denk dat de fabrikanten terecht verwachten dat het middel zal verdwijnen.”

Persistentie

Bedrijfsleider Marcel Tramper van het proefbedrijf in Westmaas denkt dat er weinig tijd rest voor onderzoek aan alternatieven als er zo’n verbod op chloor-IPC komt. De persistentie van het middel kan wel eens een punt van discussie worden. Cellen waarin het middel is toegepast, blijven lang residu aan de producten afgeven. „Je ziet dat al bij omschakelaars van gangbaar naar biologisch. Als eenmaal chloor-IPC gebruikt is, blijft het zo lang in de cel. De vraag is nu of dat voor twee, voor vier, voor tien of misschien wel twintig jaar meetbaar blijft. Als chloor-IPC niet meer mag in de bewaring, wat wordt dan de norm? Daar zal de NVWA of het Ctgb iets voor moeten bepalen. Het kan toch niet dat die cellen nooit meer bruikbaar zijn.”

Lees het volledige artikel in de Veldpost, Stal&Akker, Agraaf en Vee&Gewas van zaterdag 16 maart