Schouten neemt regie in pachtbeleid, wil kortlopende pacht ontmoedigen
„Graag had ik gehad dat de verschillende partijen zelf tot een akkoord waren gekomen“, schrijft de minister in een Kamerbrief. Maar omdat de partijen in het veld geen overeenstemming konden bereiken, neemt de minister zelf de regie. Drie problemen die ze daarbij wil oppakken zijn het ontbreken van een stimulans om langdurige contracten aan te gaan, het gebrek aan prijsbescherming bij kortdurende contracten en het feit dat kortlopende pachtvormen de boer niet stimuleren te investeren in de bodem.
De belangrijkste maatregel die de minister wil nemen om deze problemen aan te pakken is het schrappen van de maximale termijn van geliberaliseerde pacht. Op die manier wil ze een nieuwe vorm van langdurige pacht creëren, waarbij pachters en verpachters vrij zijn om prijzen onderling overeen te komen. Daarnaast wil Schouten kortlopende pacht ontmoedigen. Kortlopende pacht zou de uitzondering moeten worden. De minister beraadt zich nog over de manieren waarop ze dit wil doen.
Bodemprikkel
Op deze manier wordt het voor verpachters aantrekkelijker om langdurige pachtcontracten af te sluiten en krijgen boeren weer de mogelijkheid om langdurige pachtovereenkomsten aan te gaan. Dat zou boeren de prikkel moeten geven om in de bodem te investeren. Daarmee haakt Schouten ook aan op haar landbouwvisie, waarin verbetering van de bodemkwaliteit een van de speerpunten is.
Wat de andere huidige pachtvormen betreft wil de minister reguliere pacht ongemoeid laten en teeltpacht voor een- of tweejarige teelten handhaven. Daarnaast wil ze de loopbaanpacht die werd voorgesteld in het Akkoord van Spelderholt (2016), invoeren. Deze pachtvorm duurt tenminste 25 jaar en eindigt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd van de pachter.
Aanstaande woensdag, 27 maart, debatteert de Tweede Kamer met minister Schouten over pacht.