Gevolg van verbod op neonicotinoïden
Bieten overgezaaid na schade door springstaarten
Het is een hard gelag, vindt Maris. Hij had zijn bieten al vroeg gezaaid: eind februari ging het zaad de zware Brabantse klei in. „Zaaien blijft raaien”, dacht de akkerbouwer toen. „Het was vroeg, maar de omstandigheden waren goed.” Twee weken geleden stond al meer dan de helft van de planten boven, maar al snel daarna constateerde Maris dat de eerste planten wegvielen. „Uiteindelijk stonden er niet meer dan 20.000 planten.” Navraag bij zijn leverancier en de bietenagent leerde al snel dat het hier ging om springstaarten. Maris vermoedt dat de vele regen van enkele weken geleden er toe heeft geleid dat de springstaarten massaal naar boven zijn gekomen.
De Brabantse akkerbouwer heeft inmiddels zijn bieten inmiddels overgezaaid op een ander perceel. „Doordat ik al zo vroeg had gezaaid, had ik nog ruimte in het bouwplan om te switchen.”
Historie van het perceel
Philip Buijck van Syngenta betreurt de overzaai. „Dit is een rechtstreeks gevolg van het wegvallen van de neonicotinoïden.” Doordat akkerbouwers jarenlang de beschikking hadden over gecoat zaad was er niet of nauwelijks sprake van schade door dit soort insecten. „Ze weten dus uit de historie van het perceel niet meer of het al dan niet problemen heeft met springstaarten.”
Force in het pillenzaad werkt wel tegen bodeminsecten (ondergrondse bietenkevers, ritnaalden, wortelduizendpoten, miljoenpoten, ondergrondse springstaarten en emelten), maar niet zo sterk als Sombrero dat deed. „De werking is korter. Als een bietenplantje er dus langer over doet om aan de groei te raken, volstaat deze bescherming niet.”
Hoog organisch stofgehalte
Er zijn honderden soorten springstaarten, maar voor de Nederlandse bietenteelt is de Onychiurus armatus de grootste bedreiging, meldt het bieteninstituut IRS. In zware kleigronden met een hoog organisch stofgehalte zijn de aantallen springstaarten vaak het grootst. Ze leven voornamelijk van afgestorven plantenresten, bacteriën en schimmels, maar kunnen ook leven van jonge planten. Zodra de temperaturen boven de 5 °C komen worden ze actief en gaan ze op zoek naar voedsel. In veel gevallen betekent dat een aantasting aan een jong bietengewas.
De springstaarten veroorzaken schade aan suikerbieten op zware kleigronden door aan de wortels en de stengel van jonge bietenplanten (kiemplant en tweebladstadium) te vreten. Ze nemen daarbij hele kleine hapjes uit een bietenplant. Bij veelvuldig aanvreten kan dit leiden tot een kronkelige kiemplant, die niet meer bovenkomt. Ondergrondse schade aan wortels en stengel is te beperken door preventief gebruik te maken van pillenzaad met Force. Bovengronds veroorzaken ze geen schade.
Vrijstelling
Het aandeel zaad dat was behandeld met neonicotinoïden (clothianidin, imidacloprid of thiamethoxam) had vorig jaar nog een aandeel van 87 procent. Met ingang van dit teeltseizoen ligt er een Europees verbod op neonicotinoïden. In een aantal landen, waaronder België, is een tijdelijke vrijstelling afgegeven voor deze werkzame stoffen. Nederland heeft er voor gekozen dit niet te doen, waardoor deze neonicotinoïden sinds 19 december 2018 geen toelating meer hebben.