70 Procent Belgische bietentelers kiest voor bietenzaad zonder neonicotinoïden
Na het verbod op de neonicotinoïden hebben meerdere landen in de EU een ontheffing verleend voor bietentelers, zodat ze wel gebruik konden maken van gecoat zaad. Nederland zag hier van af, België deed het wel.
Restricties
Wie gebruik maakt van de ontheffing krijgt te maken met meerdere restricties. De telers mogen twee jaar na het zaaien van dit zaad geen bloeiende gewassen of groenbemesters op dit perceel verbouwen. Pas na die twee jaar mogen onder meer aardappelen en granen weer worden geteeld op dat perceel.
De telers hebben nu te kampen met zware overlast van insecten die schade aanrichten in de jonge plantjes. Vooral op de zwaardere kleigronden zijn bietentelers de insecten niet meester, meldt de Vlaamse nieuwssite Vilt. Het zijn met name bietenkevers, aardvlooien en bladluizen die de bietenpercelen bedreigen. „Om de planten te laten overleven, worden bietenpercelen soms meerdere keren vollevelds en met breedwerkende insecticiden behandeld. Bij andere telers is de schade zodanig groot dat al is overgegaan tot overzaai van de bieten.” Volgens de KBIVB wordt de aanwezigheid van zwarte bladluizen bijna overal in België gemeld.
Milieuschade
Maar ook het milieu is niet gebaat bij deze insecticidenbespuitingen, erkennen de Belgische boeren. Het milieu is niet gediend met insecticidenbespuitingen die de afgelopen 25 jaar overbodig waren dankzij de langdurige bescherming die een zaadcoating bood, aldus Vilt.
Net als Cosun volgt het Belgische bieteninstituut KBIVB dit jaar verspreid over het hele teeltgebied meer dan 100 percelen opvolgen om telers te kunnen informeren over de aanwezigheid van schadelijke insecten. De akkerbouwers worden via e-mail gewaarschuwd wanneer de behandelingsdrempel is bereikt.
