Delphy: Twijfels over strategie bestrijding Cercospora in suikerbieten

Elk jaar zijn er volgens Delphy opmerkelijke verschillen zichtbaar in de gevoeligheid van rassen voor de verschillende bladschimmels. „Omdat deze echter nergens in een rassenlijst te vinden zijn, doet Delphy zelf al meerdere jaren onderzoek in een eigen proef om de verschillen zichtbaar te maken. Hiervoor heeft het onderzoeksbedrijf landelijk vier proefvelden in suikerbieten aangelegd: Beugen (NB), Weerdinge (DR), Colijnsplaat (ZL) en Swifterbant (FL).
Ander tijdstip
Deze proefvelden zijn opgezet met de rassen die het meest in die regio geteeld worden. Hiervan wordt een gedeelte niet gespoten en daarnaast wordt er uitgezocht wat de beste strategie is om de bladziekten te bestrijden. Een gedeelte wordt daarom bespoten zoals de laatste jaren gebruikelijk is en dat is bij de eerste aantasting in het gewas. Omdat de laatste jaren Cercospora op een aantal percelen niet meer te stoppen is, wordt betwijfeld of dit specifiek voor Cercospora wel de juiste strategie is. Volgens Deplhy lijkt een infectie voorkomen een betere optie dan wachten op het eerste vlekje. Vorig jaar hebben wij al gezien dat het tijdstip van bespuiting verschil maakt. Wij hebben dan ook sterk het vermoeden dat Cercospora op een ander moment beter te tackelen is”, aldus Harm de Boer, adviseur akkerbouw en manager onderzoek Noordoost-Nederland bij Delphy.
Preventief bestrijden
Vandaar dat er dit jaar op de verschillende proefvelden een strategie wordt toegevoegd, waarbij al bespoten gaat worden bij weersomstandigheden die gunstig zijn voor een infectie van Cercospora. Ook wordt er een strategie getest, waarbij met een fungicide bij sluiting van het gewas wordt gespoten. Het plan van Delphy is om Cercospora preventief te bestrijden in plaats van curatief en met deze afwijkende strategieën wordt geprobeerd te voorkomen dat er later in het seizoen een aantasting in het gewas zit die niet meer te bestrijden is.