Column: Column Henk Nienhuis: Hoe betrouwbaar is het bio-product?
Grootgrutters hebben de producten nodig. De consument vraagt er naar, de vraag neemt toe. Er wordt meer voor betaald, dus meer aan verdiend, zo wordt er geredeneerd. Tóch mogen die bedrijven blijven leveren. Ze worden door het controleinstituut niet beboet of bestraft, nee, ze krijgen een waarschuwing. Ze moeten de kans hebben hun fouten te verbeteren, aldus het controleinstituut.
Wij hebben ook een gecertificeerd gangbaar bedrijf voor al onze akkerbouw producten. Als wij betrapt worden, bijvoorbeeld bij het verspuiten van een middel dat vorig jaar nog wel gebruikt mocht worden en nu niet meer, volgt er meteen een boete. Dan heb je het over zomaar een paar duizend euro, tenminste als het de eerste keer is. Ook onze afnamefirma’s waarschuwen voor weigering van afname.
Eén van onze vroegere stage-studenten werkt nu voor zo’n controlebureau in opdracht van grote concerns. Hij doet Midden- en Oost-Europa. Onlangs was hij in Kazachstan op een voormalig staatsbedrijf van 3.500 hectare akkerbouw groot, waarvan 500 hectare biologisch. Bij het binnenrijden zag hij meteen al 5 van die nieuwe grote zelfrijdende sproeimachines staan. Binnen op kantoor rijen ordners, computers en papier. Alles klopte. Het bedrijf telt heel veel grote percelen, het kleinste is al zo’n 50 hectare groot.
Ze gingen het veld in en de bedrijfsleider wees een biologisch perceel aan. Onze man van het controlebureau zag sproeisporen en vroeg naar een verklaring. De Kolchoz-bedrijfsleider moest zwaar nadenken. Nee, hij vergiste zich wellicht, ze hebben ook zoveel percelen. Hij moest opnieuw in de papieren kijken. Zaten ze weer op dat kantoor.