‘Groenbemestersmengsel verhoogt niet de biodiversiteit’
Helder zegt dat hij toch regelmatig hoort beweren dat groenbemesters de biodiversiteit verhogen. Hij legt het zelf liever anders uit: „Je doet twee andere dingen: je stimuleert met de zaai de soorten die samenwerken met die groenbemester en je maakt gunstige groeicondities voor sommige soorten die wachten op het juiste moment. Je haalt die uit een soort slaaptoestand.”
De afweging bij de keuze voor groenbesmesters is volgens Helder dan ook welke soorten je wilt stimuleren. Dan moet je zowel met gunstige soorten als met pathogenen rekening houden. Beide groepen kunnen zich vaak jaren slapend houden, tot het moment zich aandient om weer actief te worden.
In een gram grond zit volgens de entomoloog 800 meter schimmeldraad en er zijn tien miljard bacteriecellen aanwezig. Met nieuwe techniek maken Wageningse onderzoekers de bodemdiversiteit zichtbaar. Ze gebruiken daarvoor DNA-technieken. „We kunnen miljoenen stukjes DNA screenen en dat is tegenwoordig zelfs betaalbaar geworden voor deze toepassingen.” De ‘genetische vingerafdruk’ van landbouwgrond kan telers gaan helpen om de diversiteit van het bodemleven te zien of, op termijn, wat meer te weten te komen over de weerbaarheid van de grond.
Mengsels
Zaadfirma’s bieden steeds meer mengsels aan als groenbemesters, vaak gericht op het volggewas. De onderzoekers van Wageningen Universiteit zijn een voorstander van zaaien van mengsels, als dat kan. Is er een te groot risico op plaagvermeerdering, dan raden zij aan een ander mengsel of een geschikte enkelvoudige groenbemester te zaaien. Uit onderzoek op de praktijklocaties van Wageningen Universiteit blijkt dat groenbemesters sterk invloed hebben op het succes en het saldo van de volgteelt. Ze doen meer met de aaltjespopulatie dan veel andere maatregelen. Zo blijkt de toepassing van compost of andere grondverbetering geen invloed te hebben op de populatie pathogene aaltjes. Wel kan een bodemverbeteraar de gevoeligheid voor aaltjesschade verlagen door organische stof of andere gunstige invloeden te verhogen.
Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes