Agrico investeert extra in kwaliteit poters
Agrico is bezig met een professionaliseringsslag. Doel hiervan is haar pootgoed en haar tafel aardappelen naar een nog hoger niveau te tillen. Om dit te realiseren spreekt Agrico de hele keten aan. „Er bestaat bij iedere schakel in de keten veel gevoel bij de kwaliteit. Wij willen dit nu onderbouwen met duidelijke data. Daarbij focussen we ons niet alleen op de teler van het pootgoed, maar de hele keten. We willen weten wat, waar gebeurd”, legt Peter Oldenkamp, coördinator pootaardappelen en product manager bij Agrico uit.
Valkuilen
Volgens Oldenkamp bevinden zich op de weg van de teelt tot en met het poten veel valkuilen die een negatieve invloed kunnen hebben op de uiteindelijke kwaliteit van het pootgoed. „We willen alle kwaliteitsbeïnvloeders in beeld hebben. De belangrijkste is daarbij de mens.”
Modernste technologie
Bij de controle van de poters gaat Agrico gebruik maken van de modernste technologie. Oldenkamp: „Van alle pootgoedpartijen gaan monsters naar ons geheel geautomatiseerd kwaliteitscentrum in Emmeloord. De poters worden daar geheel binnenste buiten gekeurd en op alle aspecten onderzocht die (mogelijk) van invloed kunnen zijn op de kwaliteit. Daarnaast zetten we een deel van de monsters uit in de zwaarst mogelijke klimaatomstandigheden.”
Eenduidige data
Met goede en eenduidige data denkt Agrico beter te kunnen sturen. „Om dit te laten slagen vragen en verwachten we de volledige medewerking van iedere schakel in het hele proces. Om te komen tot een kwalitatief betere pootaardappel, vraagt de inzet en transparantie van de hele keten. Dit is bovendien een continue proces.” De hiervoor noodzakelijke inzet verlangt Agrico niet alleen van haar telers en medewerkers, maar óók van haar afnemers. „Als zij een partij ontvangen waarover ze uiteindelijk niet tevreden zijn, moeten we ook het hele proces op het ontvangende bedrijf kunnen nalopen. Daartoe dient ook de afnemer alles te registreren.” Waar het volgens Oldenkamp nogal eens mis kan gaan is bijvoorbeeld de opslag/bewaring van zo’n partij. Die kan de uiteindelijk kwaliteit negatief beïnvloeden.
Bestemming
Partijen die op alle vlakken perfect zijn bestaan bijna niet. Het zijn immers natuurproducten. „Wel kunnen we op basis van bepaalde kwaliteitseisen beter de uiteindelijke bestemming van zo’n partij bepalen. Zo zijn partijen die vroeger kiemen mogelijk interessant voor landen die eerder poten, bijvoorbeeld in Midden-Amerika of Noord Afrika”, legt Oldenkamp uit.
Gezamenlijk streven
Oldenkamp onderstreept dat deze professionalisering door de telers niet gezien moet worden als weer een extra controle. „Integendeel. We streven hetzelfde gezamenlijk doel na: zorgen voor kwalitatief het beste pootgoed.”
Bijsturen
Om dit te realiseren dient Agrico het gehele proces duidelijk in beeld te hebben. „Zo kunnen we goed bijsturen en van elkaar leren.” Op korte termijn investeert Agrico duidelijk in dataverwerking. Verder gaan we in gesprek met zowel onze leverende als afnemende klanten om meer informatie boven tafel te krijgen over aspecten als teelt, verwerking en bewaring. Daarnaast gaan we proeven uitzetten om te ervaren of de aangereikte en verwerkte data ook daadwerkelijk zorgt voor een kwaliteitsverbetering.”