Team Stichting ERF wint Ekoland Innovatieprijs
De strokenteeltpraktijkvelden aan de Vogelweg in Flevoland vallen niet alleen op door hun afwisseling, maar ze hebben ook een teeltkundig doel: een weerbaarder landbouwsysteem. Volgens Jaco Burgers van Stichting ERF blijkt dat de stroken de verspreiding van ziektes sterk kunnen remmen. „Wij testten stroken van 6, 12 en 24 meter. Hoe smaller, hoe beter, blijkt. Voor onze machines is 6 meter de smalste werkbreedte. Bij het uitbreken van phytophthora blijkt de smalste strook tot twee weken langer productief te houden. In de top van de productie betekent dat heel veel voor de opbrengst.”
Burgers vertelt dat ERF met de strokenteelt een stapje verder wilde gaan in het combineren van landbouw met natuurbeleving, biodiversiteit, gezond voedsel, bodemvruchtbaarheid verbeteren en het telen van een weerbaar en efficiënt producerend gewas. „We wisten dat mengteelt het meest effciënt was, maar strokenteelt is voor ons al een stapje verder dan monocultuur. Belangrijk was dat het voldoende geld oplevert en met bestaande mechanisatie kan.”
Navolging
Telers die een cursus strokenteelt volgden gaan dit jaar aan de slag met het systeem. Zij kiezen vaak voor de 3 meter brede variant met hun wat lichtere mechanisatie dan het grote bedrijf ERF. Van een cursusgroep van twaalf telers gaan er tien aan de slag met dit systeem. Daarmee krijgt deze vorm van teelt een plaats in de Nederlandse akkerbouwpraktijk. ERF heeft bijgedragen het naar de akkerbouwpraktijk te brengen. Onderzoek naar strokenteelt ligt bij het Wageningse praktijkbedrijf in Lelystad op de Proeftuin voor Agroecologie en Technologie.
Strokenteelt komt precies, volgens Burgers. „Ik was er nooit aan begonnen zonder gps. Er is gelukkig heel weinig misgegaan. In de afgelopen jaren hebben we één keer een bloemenstrook kapotgemaakt. Daardoor zagen we wel gelijk wat het effect van de stroken is. In de strook kool ernaast hadden we gelijk effect op ziekten en plagen, die meer voorkwamen.” Bij de peen vond ERF ook effect in de strokenteelt. In de stroken had de peen een hoger drogestofgehalte dan volvelds geteeld. „Een strook gras naast de winterpeen kan handig zijn met rijden met trekkers bij de late oogst. Bij bemesten van stroken moet je goed nadenken en beregenen van gewassen is moeilijker.”
Conserverende akkerbouw
Harm en Erwin Westers van maatschap Horaholm gaven tijdens een beurs-workshop uitleg over hun manier van conserverende landbouw. Volgens Harm Westers streeft het bedrijf naar maximale bodemgezondheid. „Veel microleven is goed voor de gezondheid van het product. De plant kan dan veel meer uit de bodem halen. Dat scheelt de maatschappij gezondheidskosten.” Harm Westers zocht kennis bijeen over conserverende akkerbouw en de toepassing van kruidenfermenten bij het oppervlakkig infrezen van de groenbemesters voorafgaand aan de teelt. Daarbij kreeg hij contact met een groep Duitse boeren die de methode gebruikten. Door het toepassen van gefermenteerde kruiden verteert de groenbemester snel. In de praktijk houdt Horaholm een mooie rulle, gemakkelijk bewerkbare grond over bij deze behandeling. De onkruiddruk is laag en de grond zaait als geploegd land, terwijl de onderneming met een niet-kerend systeem werkt.
De jury van de Ekoland Innovatieprijs was zeer enthousiast over de werkwijze van maatschap Horaholm. Ze vinden het bijzonder dat het bedrijf plantaardige bemesting zo goed toepast en de kennis over het systeem zelf vergaart. Het bedrijf is gastbedrijf van de cursus over het systeem. Deze Duitse bodemcursus richt zich op het stimuleren van bodemleven en het gebruik van fermenten daarin.
Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes