Öztürk (DENK) lost belofte in met vruchtbare date
Het verhaal begint op de Grüne Woche in Berlijn, eerder dit jaar. Nederlandse boeren nodigden daar Kamerleden uit voor een rondleiding en een gesprek op hun bedrijf. Lodders maakte van de gelegenheid gebruik om DENK-Kamerlid Selçuk Öztürk uit te nodigen. De ‘dates’ werden gemaakt in het kader van de jaarlijkse Valentijnsactie van Boeren van Nederland. Doel is om begrip te kweken en kennis over te dragen over de agrarische sector.
Voor die doelstelling is alle ruimte in Swifterbant. In de aardappelbewaarplaats van Lodders rolt Öztürk van de ene verbazing in de andere. „Zoveel aardappelen, 550 ton, daar kun je heel Nederland wel mee voeden.” Een meegekomen raadslid uit Lelystad rekent hem snel het tegendeel voor. „Een Nederlander eet gemiddeld 53 kilogram aardappelen per jaar. Daar is dus 901.000 ton voor nodig.” Lodders verzekert het Tweede Kamerlid dat die aardappelen er wel zijn.
Hij pakt liever een veel groter probleem bij de kop. „Jarenlang hebben wij de aardappelen in deze ruimte behandeld om uitlopen van de kiemen tegen te gaan. Nu zijn die middelen verboden, maar er mag ook bijna geen rest meer gevonden worden. Die zit echter nog wel in de constructie en het hout. Fout bezig dus.” Hij vraagt Öztürk mee te werken aan het verhogen van de norm. Deze wil wel meedenken, maar moet zich er nog wel in verdiepen: „Heel eerlijk, dit wist ik niet.”
Verder gaat het. De delegatie vergaapt zich aan een aardappelrooier. „Daar staat voor 140.000 euro”, geeft Lodders aan. Hij heeft het DENK-programma bestudeerd: „De hang naar kleinschaligheid die jullie voorstaan botst met dit soort investeringen. Die krijg je niet meer rendabel.” Öztürk haast zich om te zeggen dat DENK vooral doelt op het bannen van de megastallen in de intensieve veehouderij. Maar, bedankt en belooft hij Lodders, „in het verkiezingsprogramma dat we aan het schrijven zijn, zullen we dit aanpunten.”
Aan de keukentafel gaat het gesprek verder. Het Kamerlid vraagt Lodders’ mening over kringlooplandbouw. De akkerbouwer geeft aan voorstander te zijn, maar dat een gesloten systeem niet bestaat. „Mensen halen voedingsstoffen uit de keten. Wij mogen ‘mensenmest’ echter niet op ons land brengen, net als rioolslib bijvoorbeeld. Daar zit dus een gat in de kringloop.” Overigens probeert hij op zijn manier wel aan kringloop te doen. „Ons stro gaat naar een veehouder en komt als mest weer terug.” Öztürk is onder de indruk.
Gaandeweg het gesprek maakt Lodders ook steeds meer kennis met de standpunten van DENK. Als hij de problematiek schetst over het krijgen van seizoensarbeiders - lees: Polen - voor de oogst van rode kool, steekt de politicus van wal over immigratie. Als de akkerbouwer vertelt over zijn vruchtbare grond, citeert Öztürk uit het programma over uitkopen, huizen bouwen en bedrijven verplaatsen. Zo leer je van elkaar, geeft de Flevolandse boer aan. „Maar”, zo plaatst hij gelijk een kanttekening: „als er te veel bedrijven stoppen, komt de verwerkende industrie grondstoffen te kort. Dat moet dan van ver komen, of de industrie moet ook stoppen.” Öztürk schrijft in gedachte al weer mee voor het verkiezingsprogram.
Veel te snel wordt het bezoek weer afgerond. Europa komt nog langs, evenals de neonicotinoïden, bedrijfsopvolging – „we moeten geen startersdagen, maar overnamedagen organiseren” – en de dierenwereld. Öztürk is tevreden. „Ik vond het een vruchtbare date.” Lodders beaamt dat en geeft het Tweede Kamerlid nog een keur aan producten van eigen bedrijf mee. „Het was kort, maar ik heb hem toch wat mee kunnen geven over de problemen waar onze sector tegenaan loopt”, vat hij samen als Öztürk al weer weg is. „Een date is wederzijds kennismaken en dat is gebeurd. Ik ben benieuwd naar hun programma, wellicht zie ik toch wat van mijn DENK-werk terug.”