Warme winter geen garantie voor vroege vroege aardappelen

Het maandgemiddelde van januari ligt met 6,2 graden ruim 3 graden boven het meerjarig gemiddelde. Dat blijkt uit meetgegevens van het KNMI dat deze gegevens al sinds 1901 bijhoudt. Februari deed daar met 7,2 graden nog een schepje bovenop. Warmte genoeg om de akkers op te warmen, temeer daar december ook al met een stevige plus de boeken inging. Dat zou gevolgen kunnen hebben voor het komende groeiseizoen. Met name van gewassen die het al moeten hebben van een vroege start. Worden vroege aardappels nog vroeger?
Een woordvoerder van Alvantho (Alles van Tholen), dé veiling van vroege aardappelen, verwacht geen voorsprong door de warme winter. „Het was wel warmer, maar we zitten met z’n allen op goed weer te wachten.” Volgens hem is er nog geen vroege aardappel in de grond. „Vorig jaar zat er op 1 maart al 300 hectare in, nu nul. De grond is wel warmer, maar we kunnen er niet op. Veel te nat.” Een week met wind en een zonnetje kan wonderen doen. „Maar we leven op dit moment bij de dag.”
Belangrijke maanden
Bij Alvantho verwachten ze dan ook niet dat er eerder vroege aardappelen geveild gaan worden. Eigenlijk loopt het groeiseizoen, ondanks de warmte, nu al juist achter. Toch denkt de woordvoerder niet dat daardoor het seizoen aan het einde ook verschuift: „April en mei zijn altijd belangrijke, doorslaggevende maanden. Als dan alles klopt, dan kan het nog mee gaan vallen.”
Teler Corné van Iwaarden uit Sint-Annaland kan zich vinden in de gedachtegang van de Alvantho-woordvoerder. Hij teelt ongeveer 1.000 vierkante meter vroege aardappelen, in een kas. „Het is wel warm geweest, maar de aardappelen hebben zon nodig.” Tussen kerst en oud en nieuw gingen zijn poters de grond in. Het gewas staat nu dicht. De warmte heeft echter geen voorsprong gegeven. „Ik verwacht gewoon eind april, begin mei te kunnen rooien. Het wordt echt niet eerder.”
Van Iwaarden heeft ook ervaring met telen op de koude grond, met onderdekken onder plastic. Hij is daarmee gestopt omdat dit te duur werd. „Voor één week verschil in rooitijd, de arbeid die het geeft en de kilo’s die je laat liggen, brengt het te weinig extra op.” Vanuit zijn ervaring denkt hij wel te kunnen aangeven dat telen onder plastic ook nu, met deze warme winter, geen extra’s op zal leveren. „Het is wel warm, maar te grauw en te nat. Geen ideale groeiomstandigheden.”
Niets in de grond
Sjaak Bil uit Kerkwerve ziet het niet anders. Hij deed vroeger veel met vroege aardappelen, nu nog een klein beetje voor verkoop aan huis. „In dit gebied zit er nog niets in de grond, ondanks de relatieve warmte. Een beetje eerstejaars plantuien, dat is alles.” Bil geeft aan wat elke akkerbouwer weet: „De temperaturen zijn goed, maar het land is te nat.” Hij hoopt zelfs dat de vroege aardappelen op tijd kunnen worden gerooid. „Soms denk ik wel eens: het kan zelfs later worden. Maar dat hangt van de komende maanden af.”

Tekst: Arie Coster
Startte na ‘Dronten-Landbouwtechniek’ bij een landbouwmachinefabrikant. Ging door in journalistiek, speciaal onderwijs en coaching. Schrijft nu bij Agrio over Mechanisatie.
Beeld: Susan Rexwinkel