Natte winter geeft aardappeltelers beginnende zorgen
De HZPC-directeur denkt dat de problemen die er nu al zijn individuele gevallen betreft. „Een akkerbouwer die nu al in de problemen zit, heeft iets in zijn planning verkeerd gedaan.” Hij ziet in dat de uitzonderlijk hoge temperaturen mee kunnen spelen, maar „wie aan werkt op poten in april, hoeft zich normaal nu nog geen zorgen te maken.”
De CEO vindt dit jaar tot nu toe niet anders verloopt dan andere jaren, al erkent hij wel dat er veel water is gevallen. „We hebben op zijn minst twee weken goed drogend weer nodig om enigszins aan het werk te kunnen.” De ervaring leert hem dat boeren dan eerst aan de suikerbieten denken, en dan aan de aardappelen.
Geen rare dingen
Dat kan betekenen dat de poters een tijdje bij de akkerbouwer moeten wachten. Zeker als het poten nog langer moet worden uitgesteld, vanwege bijvoorbeeld weersomstandigheden. Backx adviseert de boeren „geen rare dingen te doen, maar zo goed mogelijk te bewaren. Bijvoorbeeld met voldoende lucht.” Echt iets voorschrijven kan en doet hij niet. Daarvoor is de situatie per bedrijf te verschillend.
Backx weet dat in 2016, met ook een nat voorjaar, in 60 procent van de aardappelen een probleem ontstond als gevolg van de „omstandigheden in de wachttijd bij de akkerbouwer.” Dat uitte zich in verschil in opkomst en groei. Toch hoeft dat niet, meent hij. „Wij hebben eens een partij pootaardappelen gedeeld. De ene helft ging naar een pootgoedteler, de andere helft ging weg voor consumptieaardappelen. Ook toen moest het poten worden uitgesteld. De aardappelen bij de pootgoedteler kwamen mooier op. Hij weet waarschijnlijk beter hoe hij moet bewaren. Maar dat kan de consumptieaardappelteler dan ook leren.”
Bodemstructuur
Henk van der Woude van Agrico deelt de zorgen, maar meer richting bodemgesteldheid. „Akkerbouwers hebben hun bewaring vaak goed voor elkaar. Dat gaat met het pootgoed ook wel lukken”, aldus de manager Teelt en Logistiek. Grotere zorgen maakt hij zich om de structuur van de bodem. „Die is en blijft erg slecht.” Welke invloed dat gaat hebben op het verloop van het groeiseizoen, waagt hij niet te voorspellen. „Ik hoop wel dat akkerbouwers hun geduld kunnen bewaren en niet te snel hun land op gaan. Dan voorkomen ze nóg meer schade.”