Op het land verspreide slootbagger lijkt de oorzaak te zijn
NVWA vindt bruinrot in partij pootaardappelen in haven Beverwijk
De NVWA heeft onderzoek gedaan naar de bronnen en de omvang van de bruinrotbesmettingen. Onderzoek in de klonale lijn heeft geen besmettingen aan het licht gebracht waardoor wordt uitgegaan van introductie op het betreffende bedrijf.
Pre-exportinspectie
De verdenking ontstond tijdens een pre-exportinspectie van een partij pootaardappelen in de haven van Beverwijk omdat een verdachte knol was gevonden.Tijdens een inspectie van de NVWA werden meerdere verdachte knollen ontdekt die besmet bleken met bruinrot. In nauwe samenwerking met de NAK heeft de warenautoriteit onderzoek gedaan naar de bron en naar eventuele verdere verspreiding van de bruinrotbesmetting.
In een klonaal verwante partij bij een andere pootgoedteler is de bacterie niet vastgesteld. De NVWA concludeert hieruit dat er geen sprake is van een zogenoemde lijnbesmetting. Bij intensief onderzoek in andere partijen van het getroffen bedrijf kwamen twee besmette partijen aan het licht gebracht, ook van het ras Cara maar deze waren niet klonaal verwant. Deze zijn geteeld op hetzelfde deel van het perceel als de eerste besmette partij. Op basis van deze bevindingen gaat de NVWA uit van introductie op het betreffende perceel.
Slootbagger op het land is risico
De NVWA heeft de bron nog niet vastgesteld, maar de verdenking gaat uit naar een te korte periode tussen het opbrengen/verspreiden van slootbagger op het perceel en de teelt van de pootaardappelen. De overlevingsduur van de bruinrotbacterie in bagger is circa één maand, maar dit kan langer zijn door aanwezige bitterzoetplanten. De NVWA adviseert daarom om na het storten van slootbagger op een perceel minimaal één jaar te wachten met de aardappelteelt op dit perceel.
Het is de tweede vondst van bruinrot in pootaardappelen van oogst 2019. De NVWA maakte in december een bruinrotvondst in het ras Taurus bekend. Deze besmetting was gevonden bij een Friese pootgoedteler.
Maatregelen
De NVWA legt maatregelen op aan bedrijven waar een besmetting met bruinrot is vastgesteld. De betreffende partij wordt besmet verklaard en alle andere pootgoedpartijen van het bedrijf mogen niet worden gepoot. Verder gelden er beperkingen aan de percelen en moet de ondernemer hygiënemaatregelen nemen op zijn bedrijf.